Lees, Tiener

Thundernerds

Miloe heeft een zoon van 13 en dochter van 10 over wie we al heel wat blogs hebben kunnen lezen hier op de club. Tegenwoordig schrijft ze vooral over de frustraties en hilarische perikelen van de huidige puberfase.

‘Ben je zelf tevreden?’
De studiebegeleidster kijkt mijn dertienjarige zoon vanaf het scherm aan. 
‘Ja. Ik ga zeker over.’
‘Mooi, gefeliciteerd. En denk je dat je ouders ook tevreden zijn?’
‘Mijn moeder niet. Die is pas tevreden als ik achten en negens haal.’
‘Nah,’ roep ik verontwaardigd. ‘Dat is niet waar! Ik zeg alleen dat ik vijven en zessen geen supergoede cijfers vind.’
‘Mam. Weet je hoeveel kinderen uit mijn klas drieën halen?’

Het was de zoveelste cijferdiscussie met mijn brugklasser. Hij meent dat ik alleen tevreden ben met hoge cijfers, ik hoopte simpelweg op niet blijven zitten. En oké, toen hij startte in de havo-vwo brugklas had ik ook even het idee dat hij ook vwo kon halen, wat hij zelf ook graag wilde, want een ambitie om naar de TU Delft te gaan, maar rond kerst maakte zijn cijfers een vrije val, gevolgd door zijn motivatie. 

Mijn tiener heeft een goed stel hersens en moeite met informatieverwerking, ook wel een disharmonisch profiel genoemd. Mix dat met een extreem korte spanningsboog, ook wel adhd genoemd, een associatief brein (‘toen Nina werd geboren was er toch iets met een tondeuse? Oh nee, een couveuse!’) dat op geheel eigen wijze woorden vormt, een koppige geest – twee uur lang verzet tegen een ‘nutteloze’ biologieopdracht is geen uitzondering – en top dat af met maandenlang thuisonderwijs. Het resultaat waren amper cijfers boven de zes, oplopende ruzies en gespannen ouders. Ik mopperde op overmatig telefoongebruik, maakte kaartjes met Franse woordjes, waarmee ik hem achtervolgde, zeurde over meer oefenen voor leestoetsen en minder Playstationnen en vroeg of hij misschoen heel af en toe kon streven naar minder lui en meer moe. 

‘Doe hem op huiswerkbegeleiding,’ zei ze.

‘Ik zit er zo bovenop omdat ik bang ben dat hij straks met zijn 1.84 de brugklas over moet doen, en veertien wordt tussen de piepjonge nieuwe eerstejaars,’ zei ik in de kerstvakantie bezorgd tegen een kennis.
‘Doe hem op huiswerkbegeleiding,’ zei ze. ‘Heb je de strijd thuis niet meer.’ 

Ik lachte het weg. Huiswerkbegeleiding, dat deden de hockeyende kakjongens vroeger bij mij op school. Als immer braaf en hard studerende havo-scholier vond ik ze extreem verwend. Toch liet het idee me niet los, en voerden we een paar weken later een intakegesprek. Drie dagen per week ging hij erheen, de ruzies over huiswerk namen af, zijn cijfers stegen. Hij leerde plannen, vond het zowaar fijn om geen afleiding te hebben in de kale studiehokjes en hoewel ik elke maand weer bedacht wat we allemaal konden doen van het bedrag dat werd afgeschreven, dwong ik mezelf te kijken wat dit opleverde in plaats van wat het kostte. Het werd uiteindelijk toch nog met de hakken over de sloot naar 2 Havo. Waar hij niet mee zat, hij had uitgerekend wat hij minimaal moest halen om over te gaan. En waarom hard werken als een heel krap zesje ook voldoende is? 

‘Maar,’ zei ik na het Zoom-gesprek met zijn studiebegeleidster, ‘de kinderen die naar het VWO gaan halen toch geen drieën?’
Hij zuchtte nadrukkelijk en stond op. ‘Mam. Dat zijn thundernerds.’
Ik zuchtte en liep met hem mee naar buiten, waar zijn vriend Mees op hem stond te wachten. Mees bleef zitten had mijn zoon verteld. ‘Zo rot voor je,’ zei ik tegen hem.  Hij haalde zijn schouders op. ‘Boeien.’ 

Ik keek ze na, twee uitgelaten fietsende tieners, op weg naar hun chillplek. De ambitie om naar de TU te gaan, ik heb er dit hele schooljaar niks meer over gehoord. Misschien komt het ooit nog, in de tussentijd lijkt het me goed als ik me aanmeld voor de training ‘het boeit me totaal niet wat mijn tienerzoon voor cijfers haalt.’

Vorige bericht Volgende bericht

Ook leuk

Geen reacties

Laat je reactie achter