Marloes is moeder van Willem (7 jaar) en Guusje (4 jaar) en blogt over haar rommelige en drukke leven.
Het is iets na negen uur als ik bezweet aankom bij de bloedbank. Blijkbaar ging ik vandaag doneren, een melding op mijn telefoon herinnerde mij er tijdens het vullen van de broodtrommels aan. ‘Mag ik mee mama en doet dat pijn?’ Ik leg uit van niet en dat ik als beloning altijd een roze koek mag na het geven, mijn oudste is bijna jaloers.
‘U komt voor de vijfde keer doneren, dan krijgt u straks een cadeautje!’ De vrouw achter de balie zegt het zó enthousiast en kijkt me met zulke verwachtingsvolle ogen aan, dat ik niets anders kan doen dan net zo blij terug te roepen dat ik dat geweldig leuk vind.
Even later zit ik in het hokje bij de dame die bepaalt of ik bloed mag geven. Ze prikt in mijn vinger en routineus bindt ze het bloeddrukapparaat om mijn arm. Net als ik het gevoel heb dat mijn bovenarm afgekneld wordt, zucht ze diep.
Ik bijt alleen maar op mijn lip en kijk haar aan.
‘Bloeddruk te hoog en ijzer te laag.’ Ik bijt alleen maar op mijn lip en kijk haar aan. Moet ik nu iets zeggen? ‘En zie ik daar een koortslip? Bent u soms ziek?’ Ze spuugt de vragen uit en ik voel me opeens als een kleuter die stiekem een koekje uit de kast heeft gepakt.
‘Nou, ik ben wel heel erg moe eigenlijk’, stamel ik. ‘Het is ook best wel heel druk. Ik sta voor de klas namelijk én ik volg nog een studie, ik had gisteren een tentamen’, ratel ik verder. ‘We hebben maandag ook nog een huis gekocht. En mijn man en kinderen waren ziek, ik was zelf heel erg ongesteld de afgelopen dagen. Maar die koortslip is alweer op zijn retour hoor!’ Na de laatste zin hap ik naar adem en durf ik geen oogcontact meer te maken met de bloedjuf.
Met de staart tussen mijn benen druip ik af
Geen aai over mijn bol. Geen hand op mijn arm. Geen sussende woorden. Want ze ís geen juf en ik ben geen kleuter. Dus ik ga hier nu ook geen potje zitten janken. ‘U mag niet geven, over drie maanden wordt u weer opgeroepen. En als u zo moe blijft, moet u even langs de huisarts.’ Met de staart tussen mijn benen druip ik af en meewarig kijk ik naar de lieve mevrouw achter de stapel lekkers op de balie. Geen cadeautje verdiend vandaag. Maar ik ga zo mooi wel roze koeken kopen!
Geen reacties