Lees

Uitjesstress

Miloe heeft een zoon van 13 en dochter van 10 over wie we al heel wat blogs hebben kunnen lezen hier op de club. Tegenwoordig schrijft ze vooral over de frustraties en hilarische perikelen van de huidige puberfase.

‘Dan blijf je verdorie maar hier! Maar er is geen eten. En we zijn 24 uur weg. Nee langer. 32 uur. Of misschien wel 36. En de honden zijn er ook niet.’ Ik draai me om, roffel de zoldertrap af, en grijp mijn weekendtas van het bed. ‘Oh en ik neem aan dat je deze zomervakantie ook niet meegaat!’ Ik roffel nog een trap af, roep naar man en dochter dat we NU vertrekken en ga met bonzend hart, rood hoofd en een aankomende huilbui alleen in de auto zitten. Wie had ook weer bedacht dat het leuk was om een nachtje weg te gaan met z’n allen? Waarom hadden mijn man en ik, best huismusserige types, spontaan een hotelovernachting geboekt? Oh ja. Even eruit, man was bijna jarig, had na lang twijfelen zijn baan opgezegd, en mijn boek was verschenen. We hadden kortom nogal wat te vieren en vergaten – of negeerden – dat de dertienjarige zoon nog veel huismusseriger is dan wij samen. 

‘Wáár gaan we heen?’ vroeg hij toen ik het uitje een week van tevoren meldde. 

‘Giethoorn, ken je dat? Je kunt daar heel leuk varen,’ zei ik zo neutraal mogelijk.

Hij had hij me verbijsterd aangekeken. 

‘Wát? Váren? Mam, echt. Dat deden ze tienduizend jaar voor Christus.’ 

Ik had gelachen en het onderwerp laten rusten. Tot hij de dag voor het nachtje briesend thuiskwam met de mededing dat hij met drie klasgenoten dat weekend een opdracht voor muziek MOEST maken. Hij kon echt niet mee, anders zou hij een onvoldoende halen en dus blijven zitten. Ik antwoordde met onverstandige teksten zoals ‘had je dat niet eerder kunnen bedenken’ en ‘waarom spreek je niet volgende week twee keer af’ en ‘misschien moet je wat meer leren voor die andere vakken’, de discussie liep zoals wel vaker uit de hand en voor ik het wist was het mijn schuld dat hij de brugklas over moest doen. 

Mijn suggesties stuitten op louter gebrom

De ochtend voor vertrek mopperde hij aan een stuk door, en ik droeg monter oplossingen aan: iets eerder naar huis, hamburgers bakken voor zijn vrienden, en ondertussen het muziekwerkstuk maken, daarna voetbal kijken. Mijn suggesties stuitten op louter gebrom tot ik explodeerde en briesend in de auto ging zitten. Ruim een half uur duurde het nog voor hij zwijgend instapte. Nog een half uur later meldde hij dat hij honger had, want hij had niet gelunched (nee ik zei niks over eindeloos brommend op de bank zitten met telefoon). In de hotelkamer plofte hij op bed. Ik hoorde hem lachen met zijn zusje. Hij sjokte ver voor ons uit langs bruggetjes en kanelen. Bestelde een vegaburger op het terras en klaagde over harde wind en de boomar-muziek. Twee uur later volgde een pizza. En appeltaart. Op weg terug naar het hotel omhelsde zijn 1.85 lange puberlijf mij vol overgave. ‘Ik hou van jou mama.’

De volgende ochtend scheen de zon uitbundig. Hij lag met zijn zwarte jas en lange spijkerbroek te zonnen in de boot, want zo werden zijn oogkassen bruin. Ik keek vanachter mijn zonnebril naar hem vroeg het me weer af. Waarom verlies ik na dertien jaar nog steeds de controle? Waarom weet ik na dertien jaar nog steeds niet dat de buien heftig zijn, maar altijd overgaan? Het antwoord kwam niet.

Vijf dagen na ons uitje kwam hij uitgelaten thuis. Hij had een 7,5 voor muziek. 

Op naar de zomervakantie. 

Vorige bericht Volgende bericht

Ook leuk

1 Reactie

  • Reageer Luciana 26 juni 2021 at 12:22

    Gelezen met een glimlach van herkenning! Mooi stuk weer:)

  • Laat je reactie achter