De bijna vierjarige blijft als een vastgelopen langspeelplaat herhalen dat hij onder de douche wil, terwijl ik net de piepers op het vuur heb gezet. ‘Kleed je dan maar uit en ga er maar onder staan,’ zeg ik uiteindelijk. Ik heb vorige week nog op de vragenlijst van het consultatiebureau aangegeven dat zelf uitkleden echt nog niet lukt, dus dit advies durf ik wel aan.
‘Huh? Hoef ik jou niet meer te helpen? Waar is mijn kleine jochie gebleven?’ zeg ik als hij drie minuten later met glimmende ogen en in zijn blote minibillen de keuken in komt en ik de douche boven al aan hoor staan. Omdat ik weet dat hij dan nóg trotser is en omdat ik me sinds de lockdown meerdere keren per dag afvraag waar het kind verstopt zit waar ik continu mee in de weer was. Die op uitspraken als ‘Duuk gaat al wel alleen naar de wc’ antwoordde met ‘Maar ik niet’ en die het heerlijk vond als ik als een soort privébutler zijn melk inschonk en zijn brood smeerde. Het is alsof hij net voor de kerst als hulpbehoevende peuter de draaideur van Henny’s Huismans Mini-playbackshow is ingestapt en er als ik-heb-jou-niet-meer-nodig-kleuter is uitgekomen. ‘Die is weg mama, ik kan nu alles zelf,’ roept hij terwijl hij de trap oprent, onder de douche springt en Lets kwet doww kwismas (zijn versie van Tiesto’s Let’s get down to business) begint te zingen.
‘Hij wordt zo groot, hij is echt toe aan de basisschool,’ gooien Joost en ik er ’s avonds op de bank een cliché in. Een uitspraak die nergens op slaat, want het is maar net wat in de agenda staat. Ga je volgende week op vakantie dan is het precies wat je nodig hebt, maar ga je niet weg dan zou je bruisend van energie door kunnen knallen. Toch is het voor ouders een fijne houvast. Een soort bevestiging dat je kind met het gemiddelde meegaat, en die route voelt veilig. Tegelijkertijd borrelt er iets ondefinieerbaars in mijn buik, omdat het betekent dat er hier geen sprake is van flatten the curve. Deze groeispurt zet onverminderd door.
Ik voel het schaamrood richting mijn wangen trekken. Want dit is waar ik al die jaren naar heb verlangd. En nu het moment er is, heb ik er alles voor over om de tijd terug te draaien, of op z’n minst stil te zetten. Maar het enige wat ik nu nog kan doen, is mezelf waarschuwen.
Pas op met wat je wenst. Voor je het weet, krijg je het.
Geen reacties