Lees

Moeten

Hij heeft z’n nieuwe schooltas met skatende dinosaurussen op zijn rug en daarin zijn nieuwe broodtrommel met dinosaurussen met zonnebrillen. De tas zit stevig om z’n schouders gesnoerd en dat is handig, want al sinds half 8 vanochtend staat hij te springen. Het is zijn eerste dag in groep 3 en zeggen dat hij er zin in heeft, is een understatement. Hij is veranderd in een stuiterbal met lang blond haar.
‘Gaan we al? Gaan we al? Ik wil niets missen van deze leuke dag!’

Ik haal hem op van de bso. We zijn een paar weken verder. Zijn schouders hangen en het stuiteren heeft plaatsgemaakt voor sloffen. Van het enthousiasme van een paar weken geleden is niets meer over. Als hij naast me fietst, zegt hij ineens: ‘School is stom.’
‘O?’ zeg ik.
‘Ja! Je móét de hele tijd dingen,’ spuugt hij. ‘Dat was in de kleuterklas echt nóóit! Die juf zei altijd ‘niets moet!”
‘Tsja, dat is wel heel vervelend,’ zeg ik. ‘Al weet ik dat je juf vorig jaar ook vaak zei ‘sommige dingen moeten’. En dat is ook zo.’
‘Ja, sómmige dingen,’ tiert hij verder. ‘Niet álles! Nu is het echt de héle dag!’

Ik was er al bang voor. Het is ook een grote overgang. Van de hele dag spelen en bewegen naar stilzitten achter je tafeltje. Van een juf die hem helemaal begrijpt en precies weet hoe ze hem met een grapje de juiste kant op stuurt naar een nieuwe juf die hem nog moet leren kennen. Ik had zo gehoopt dat hij zijn enthousiasme zou houden. Of dat het in ieder geval wat langer zou duren.

‘Ik snap het,’ zeg ik. ‘Wel jammer, want je zit nog heel lang op school.’

Ik kan wel proberen om hem te overtuigen dat school leuk is, dat hij echt niet de hele dag alleen maar werkjes moet doen, dat er ook nog veel gespeeld wordt en dat het vast wel gaat wennen, maar ik ken deze kop. Als hij het er niet mee eens is, kun je hem daar niet zomaar vanaf brengen.

Dan komen we thuis. Hij moet zijn fiets in de schuur zetten, moet zijn jas opruimen en zijn schoenen bij de kapstok zetten, moet zijn lunchtrommel uit zijn tas op het aanrecht leggen en zijn tas aan het haakje in de kast hangen. Hij doet het allemaal moeiteloos, want dat is hij allang gewend. Ik kijk naar hoe hij de vaste routine door het huis sjokt en de weerstand steeds verder van hem afglijdt.

‘Zo,’ zeg ik. ‘En nu moet je even helemaal niks meer.’
‘Jawel!’ zegt hij en hij lacht, ‘filmpje kijken!’

Vorige bericht Volgende bericht

Ook leuk

Geen reacties

Laat je reactie achter