Lees

Wie is die man op de foto?

“Mam, wie is dat?”

Mads kijkt naar de met teksten, kaarten en foto’s beplakte muur in mijn werkkamer. Zijn ogen gericht op een zwart-witfoto uit begin zestiger jaren. You are loved anyway, staat eronder.

Ik wist dat deze vraag een keer zou komen toen ik die foto daar ophing. En als de vraag niet kwam, zou ik het een keer gaan vertellen. De vraag was alleen hoe. Het antwoord laat dan ook even op zich wachten.

“Ma-ham, wie is dat, die meneer?” vraagt Mads nog een keer.

Ik kijk naar de heldere ogen op de foto. In de glimlach die hij toont en de twinkeling in zijn ogen zie ik elke keer iets van mezelf.

“Dat is mama haar echte vader,” antwoord ik. Ik zie twee vragende ogen. “Oma was vroeger eerst getrouwd met iemand anders. Met die meneer. En daar kreeg ze kindjes mee. Oom Bas, tante Sandra en mij. Alleen kon die meneer niet zo goed voor ons zorgen. Daarom ging oma alleen voor ons zorgen en ging die meneer weg.”

We hadden het de laatste tijd weleens vaker over ‘de echte vader’ van mijn neefje. “Mam, ome H. is niet zijn echte vader, die woont ergens anders.” En dan vertelde hij over dat mijn neefje wel bij zijn echte vader mocht logeren en dat ome H. ook wel een echte vader voor hem is, maar dan anders.

“En nu is mama’s echte vader in de hemel,” vertel ik verder. “Maar gelukkig kwam opa Boot en kon oma met hem trouwen. Opa Boot is ook mijn echte vader omdat hij zo goed voor mij zorgt, maar dan anders. Net zoals bij mijn neefje.”

Al 26 jaar is mijn stiefvader in beeld. En al zolang is hij voor mij een echte vader, een man van wie ik zielsveel houd. Al dertig jaar is de man op de zwart-witfoto uit beeld. Een echte band hadden we niet. Maar toch mis ik hem soms ineens. Zou ik willen dat hij bij mijn huwelijk was geweest. Of dat hij mijn man en kinderen had leren kennen. Dat hij kon zien dat het echt mogelijk is om een goed en stabiel gezinsleven te creëren. Zou ik willen dat hij kon voelen hoeveel liefde hij had kunnen ontvangen. Iets wat hij vroeger niet heeft gehad. Soms zou ik gewoon willen dat hij er nog was.

“Dus hij is dood?” vraagt Mads. “Ja, al heel lang, want hij was veel ouder dan oma en ook ziek,”  zeg ik. “Oh zo,” antwoordt hij en gaat verder met zijn kleurplaat alsof het niets is wat ik net vertelde.

Zondag 31 maart is het 19 jaar geleden dat hij is overleden. En juist op die dag wordt zijn kleindochter opgedragen in onze kerk. Noem het toeval, maar ik vind het bijzonder. Want ook al lijkt het soms net alsof hij er nooit is geweest, zondag is hij er wat mij betreft toch een beetje bij.

 

Vorige bericht Volgende bericht

Ook leuk

Geen reacties

Laat je reactie achter