Natanja blogt over haar leven als moeder van een zoon van tien en een dochter van twaalf. En over zichzelf natuurlijk 😉
‘Mam, ik wil een oorbel.’
Ik verslik me nog net niet in mijn thee en kijk mijn zoon verrast aan.
‘Een oorbel? Goh, wat….. interessant!’
Razendsnel probeer ik me een mening te vormen. Op sommige vragen ben je niet altijd voorbereid, deze valt voor mij in die categorie.
‘Hoe kom je daarbij, heb je dat bij iemand gezien?’ In mijn hoofd loop ik zijn vrienden en online influencers af, maar zie alleen maar ongehavende oorlellen voor me.
‘Nee hoor, ik wil het gewoon.’
‘Ik denk dat ik je er wat te jong voor vind.’
Ik voel niet echt iets voor dit idee, maar kan weinig verzinnen waardoor ik hier hard op tegen kan zijn. Mijn tegenargumenten schieten als losse flodders over tafel.
‘Ik denk dat ik je er wat te jong voor vind.’
‘Nou mám, wat een onzin, ik was acht toen ik oorbellen kreeg.’ Uit een hoek van de kamer klinkt mijn dochters’ stem, die dit gesprek met grote interesse volgt.
Argument 1: afgeketst.
‘Ja weet je, toch vind ik het anders, jij bent een jongen!’
Geloei stijgt op uit de kelen van mijn kinderen. Hoe kan ik dát nou zeggen, het is werkelijk belachelijk. Stilletjes hoor ik ze aan. Ze hebben gelijk. Argument 2: ook van tafel.
‘Ik ga het met je vader bespreken’.
Ik zucht. ‘Ik ga het met je vader bespreken’.
‘s Avonds maak ik met mijn man een plan. We staan niet te juichen, maar dat komt omdat we volkomen bevooroordeeld zijn over jongens met oorbellen en dat eigenlijk heel stom van onszelf vinden. Daarnaast heb ik zelf zeven gaatjes, het verlangen is mij niet geheel vreemd. We spreken met zoon af dat hij een maand bedenktijd heeft. Als hij vervolgens iedere twee dagen herhaalt dat hij niet kan wachten tot de maand om is, blijkt hoe groot het verlangen is.
Man en ik bedenken dat het toch ook wel leuk zou zijn als we zoon kunnen verrassen met een ‘ja’, zonder dat hij erom hoeft te smeken. We roepen hem bij ons. ‘We hebben erover nagedacht, en in principe mag het, maar we willen dat je eerst een nep-oorbel uitprobeert. Vind je het dan nog steeds geweldig, dan gaan we richting juwelier.’
Ik bestel een nepringetje die zoon in zijn oorlel kan klemmen. Het ding is formaat piraat, dik en van nepzilver, en zoon glundert van oor tot oor als hij ermee voor de spiegel staat. Ergens hoopte ik dat hij alsnog zou afhaken, maar hij draagt het ding vol trots naar school en familiebijeenkomsten.
Na een week uittesten is het zover. Er komt een oorbel. Ik begin er zelfs lol in te krijgen. Gespannen zitten we bij de juwelier, beheerst ondergaat zoon het schot. Beretrots loopt ‘ie daarna rond. In de dagen erna verzorgt hij het met grote toewijding. Extra lang staat hij voor de spiegel om zijn look passend te krijgen. We genieten van hoe zelfverzekerd hij zich voelt. He owns it. En dat is het allerbelangrijkst.
Geen reacties