Kleuter, Lees

Het besluit

Inge is getrouwd en moeder van een zoon van elf en een dochter van vijf. Wat ze als weerbaarheidstrainer aan kinderen en hun ouders probeert mee te geven, vergeet ze zelf nogal eens toe te passen.

Steeds vaker bleven de boterhammen van Zora onaangeroerd in haar lunchbakje achter.
Na de zoveelste keer nam ik een rigoureus besluit.
De vileine, sissende stemmen in mijn hoofd negerend.

‘Witbrood is geen brood!’

Ik heb in mijn leven best veel overtuigingen verzameld.

‘Niet op je sokken naar buiten!’
‘Houd je jas nog maar even uit, anders heb je er straks niets meer aan.’
‘Nieuwe kleren moet je netjes houden. Zonde om ze meteen aan te doen.’
‘Eerst een hartige boterham, dán een zoete.’
‘Doe je wel een jas aan?’
‘Wel je bordje leegeten: kinderen in Afrika zouden er een moord voor doen.’
‘Wie mooi wilt zijn, moet pijn lijden.’
‘Doe maar normaal, dan doe je al gek genoeg.’
‘Als je niets te vertellen hebt, kun je maar beter je mond houden.’
‘Wie vraagt wordt overgeslagen!’

Overtuigingen die zich openbaren als stemmen in mijn hoofd die maar moeilijk het zwijgen zijn op te leggen.  

‘Dan kun je net zo goed niets eten!’

Soms hoorde ik mezelf er weer eentje van stal halen en dacht dan wel: ‘Waaróm mogen mijn kinderen eigenlijk niet op hun sokken naar buiten? Die dingen moeten toch sowieso de was in vanavond?’ Maar dan gebruikte ik ‘m later toch gewoon wéér.
Of die keer dat een vriendin tegen me zei: ‘Ik bepaal toch zelf wel wanneer ik mijn jas aan doe? Ik heb het nu koud! Wat een onzin, zeg!’ als ik mijn vastgeroeste overtuiging verkondigde dat het zonde was om nú al je warme jas aan te doen.

‘Wit brood? Hoe dúrf je?’

Steeds vaker merke ik dat al die overtuigingen me meer dwarszaten dan iets opleverden. ‘Wit brood is geen brood’ heb ik járen blind geloofd. Omarmd. Gepredikt zelfs. Wit brood eet je niet, ja, op feestdagen en partijen.

Tot ik een kind bleek te hebben dat al het andere brood weigert. Of het zo tergend langzaam eet dat je er radeloos van wordt.

Daar zit je dan, met je overtuigingen. En met oneindig veel ruzies, bakken met tranen, pittige gesprekken, boze woorden, afspraken, loze deals, dreigementen en oeverloze discussies. Ik kwam er geen stap verder mee.

Dus nam ik een besluit.
 
Zora eet nu drie keer per week een bruine boterham, en vier keer een witte. Vastgelegd in een strak schema, stevig vastgeplakt op de kast.

‘Choose your battles.’
Een mantra dat ik vol overtuiging aan mijn lijstje kan toevoegen.

Vorige bericht Volgende bericht

Ook leuk

Geen reacties

Laat je reactie achter