Lees

Even wennen

Buiten schemert het nog als Quin en ik al vroeg in de ochtend in de auto zitten. Quin zit naast me op de bijrijdersstoel zwijgend naar buiten te kijken. Achterin zitten zijn voetbalmaatjes. We zijn op weg naar de voetbalclub waar ze straks moeten voetballen.

Quin heeft lang getwijfeld of hij op voetbal wilde. Ook al was de bal bijna vergroeid met zijn linkerbeen, écht op een club gaan vond hij toch wel erg spannend. En nu zit hij er sinds de zomer op. Wat was ik trots toen hij meteen mee deed met de eerste training en na anderhalf uur blij lachend van het veld kwam rennen.

Terwijl we in de auto zitten, kletsen de jongens op de achterbank over wat er gisteren op televisie was en welke club er bovenaan in de Eredivisie staat. Ik kijk op zij. Quin staart nu naar zijn handen en zegt niet veel. Ik weet dat hij mee wil kletsen, maar niet zo goed weet hoe dan. En waarover.

Na de eerste euforie, kwamen er toch ook lastige momenten. Duurde het toch langer dan verwacht om te wennen aan zijn team. Wist hij zich geen houding te geven bij de jongens die hij duidelijk nog niet zo goed kende. Dan baalde hij dat hij steeds linksachter werd gezet door de coach en was hij jaloers op zijn scorende teamgenoten omdat er voor hén wel gejuicht werd en er highfives werden uitgedeeld. Híj kreeg alleen maar te horen wanneer hij iets níet goed deed. Mijn hart brak toen hij dat vertelde. Maar ik zei ook dat hij nog even vol moest houden. Dat het gewoon even tijd kost voordat je je goed voelt in een nieuwe groep, maar dat dat moment echt wel komt.

Ik zie een frons in zijn hoofd en ik leg mijn hand op zijn knie en knijp erin. We rijden een dijk op en de navigatie vertelt ons dat we zo linksaf moeten. Ik wil zo graag dat hij zich fijn voelt, dat hij zich gesterkt voelt door de groep, dat hij zichzelf kan zijn en zijn team kan laten zien hoe goed hij eigenlijk echt is. ‘Kijk,’ roep ik enthousiast. ‘Schaapjes! Zien jullie dat jongens?’ Het is eruit voor ik er erg in heb. Ik hoor de jongens achterin zwijgen en Quin kijkt me ongelovig aan. ‘Dat is echt niet zo interessant hoor, mam!’
Even is het stil de auto… Dan roept een van de jongens: ‘Nou, inderdaad!’ Quin draait zich om om te kijken of die jongen het meent en dan moet iedereen ineens heel hard lachen.
Nu is het mijn beurt om zwijgend uit het raam te kijken. Quin is geloof ik niet de enige die even moet wennen.

 

Vorige bericht Volgende bericht

Ook leuk

Geen reacties

Laat je reactie achter