Kleuter, Lees

Een nieuwe vriend

Brenda heeft een zoontje van vijf (5,5!), én een tweeling van drie (een jongen en een meisje). Ze begon haar carrière als moeder in een vinexwijk in Utrecht, maar is nu aan het verhuizen naar Brabant.

‘Hoi! Wie ben jij?’ klinkt het door onze nieuwe tuin. Ik kijk op en zie door een kier van onze heg een jongetje van de leeftijd van Abel. Het is het eerste weekend nadat we de sleutel van ons nieuwe huis in Brabant hebben gekregen en we zijn als een dolle deze kant op gereden.

‘Hee, die auto heb ik ook! Zullen we een keer samen racen?’ zegt het ventje. Abel staart hem aan, ik zie aan een grijnsje dat hij blij is en tegelijkertijd niet zo goed weet wat hij moet zeggen. Achter het jongetje verschijnt een broertje, die ook de kat-uit-de-boom-techniek toepast. Ik schat hem even oud als mijn tweeling. ‘Kom jij hier wonen?’ vraagt z’n grote broer aan mijn grote zoon. Abel knikt.

Hij lijkt intussen gewend aan het idee dat we een ander huis krijgen, en hij een andere school en een andere bso. Waar hij eerst finaal in stukjes brak omdat hij ‘dan helemaal geen vrienden meer heeft’, is hij nu zelfverzekerd: hij houdt zijn oude vrienden heus, en gaat nieuwe vrienden erbij krijgen. Hij vindt het spannend, maar ook leuk.

Ik gun Abel een pijnloze, soepele overstap.

Ik weet: het komt wel goed, kinderen zijn flexibel en passen zich snel aan. Maar als ik mijn drietal daar zo zie spelen bij het nieuwe huis, overvalt de onzekerheid me. De tweeling is net drie; zij hebben in ieder geval elkaar. Maar Abel? Ik gun hem gewoon een pijnloze, soepele overstap. Niemand weet hoe dát zal gaan. Waar hij nu populair is en overal zijn naam klinkt als we door de wijk rijden, kent straks niemand hem. Hij is straks het nieuwe kind in de klas, praat niet met een zachte-G en is best een beetje verlegen in het begin.

En dan is daar ineens het jongetje achter de heg met zijn broertje een halve meter veilig achter hem. De moeder van de jongens komt zich voorstellen. De kinderen blijken allemaal naar dezelfde school en dezelfde opvang te gaan, en qua leeftijd inderdaad even oud te zijn. De opluchting stroomt door mijn aderen. Want of het nu gaat klikken of niet, alleen al dit moment draagt zo bij aan een goed gevoel over de nieuwe start. Voor mij, maar ook zichtbaar voor Abel. Hij glundert. In de auto op de terugweg zucht hij tevreden. ‘Ik heb een nieuwe vriend, toch mam?’

Vorige bericht Volgende bericht

Ook leuk

Geen reacties

Laat je reactie achter