Weer aan het werk na je zwangerschapsverlof. Ik was er destijds na vijf maanden luiers, poedipoedi-taal, gesprekken over slaapjes, voedingen en groeicurves wel aan toe om mijn wereld weer wat te vergroten. Els ging onlangs weer aan het werk. En dat beviel best goed. Dacht ze. Ze schreef er dit blog over.
Nog een maand.
Nog een week.
Morgen al! Diep ademhalen, het komt vast goed.
Het is zover. Na vijf maanden vakantie en verlof ga ik weer aan het werk. Als ik na een voeding weer helemaal ondergekotst wordt, heb ik best zin om mijn collega’s weer te zien (als ik eerst een ander shirt aan mag!). Heel soms ben ik ook benieuwd naar mijn klassen, die vast mijn nekharen er niet uittrekken. Maar ook al kan ik nu al best vaak onthouden welke dag het is, toch zie ik best op tegen 185 nieuwe namen. En het bijbehorende lawaai. Maar, dit gaat me lukken. Ik ga er iets van maken. De klassenplanners voor de komende zeven weken zijn af, tas al dagen van tevoren gepakt, nieuwe kleren gekocht. Kleren zonder vlekken. Zonder elastische band.
’s Ochtends sta ik vroeg op en zorg dat de meisjes aangekleed zijn en gegeten hebben. De hond is al uit geweest, de flesjes staan klaar. De melk ging niet over tafel, de appelstroop zit niet tegen het plafond. Ik trek mijn schone shirt pas aan nadat ik de meisjes een kus heb gegeven. Supermama in actie! De eerste papadag is vlekkeloos begonnen. “Schat, kom je uit bed? Ik moet ervandoor!”
In de auto zing ik hard mee “tienduizend luchtballonnen kleuren de hemel blauw”. Hé, ik kan nu ook mijn eigen muziek luisteren! Ik kies voor de radio. “Hello from the other side…” Dit gaat lukken! (“At least I can say that I’ve tried…”) Op school staan mijn collega’s klaar om me vijftig keer gedetailleerd te horen vertellen dat Elfi altijd lacht, hoe Fleur de hele dag op haar gaat liggen om te knuffelen en dat ze haar nog nooit aan het huilen heeft gemaakt. “Met twee ben je ineens een echt gezin hè?” “Wat leuk dat je ze dicht bij elkaar hebt, dan hebben ze echt wat aan elkaar” en “Pas je goed op jezelf? Het is best zwaar hoor!” Wat werk ik toch op een fantastische school.
De eerste lessen gaan vanzelf en zijn voor iedereen nogal leerzaam: “Vindt u het niet erg om twee meisjes te hebben?” (Nee, natuurlijk niet!) “Duurt een bevalling altijd negen maanden?” (Eeeeeh, nee?). “Hebt u een leuke bevalling gehad?” (Hier ga ik maar niet op in; de toekomst van de school veilig stellen…)
Om half twee is het tijd voor een “borstverkleining” in de kolfruimte. Ik open de foto’s en filmpjes die Frank me heeft geappt: Fleur eerst bang, daarna enthousiast op een hijskraan die een gat in het dak van de overburen maakt en er een dakkapel op zet, Elfi ligt dubbel om scheetgeluiden en binnen no-time loopt mijn flesje vol.
Als ik met mijn flesje een beetje weggemoffeld door de gangen loop, kom ik wat leerlingen van vorig jaar tegen. “Goh, mevrouw, bent u eigenlijk al bevallen?” En bedankt… Nog een paar lessen en de dag zit er al weer op. Ik zit alweer helemaal in het ritme.
In de auto zet ik de radio uit.
Ik geniet van de stilte.
Wat een prachtige zonsondergang.
Een heel uur voor mezelf. Wat een rust!
Thuis staat Frank al te koken. “Tien heldenpunten!” zou mijn collega zeggen. Ik geef hem een kus, pak Elfi uit de box en plof uitgeteld op de bank neer. Fleur kruipt meteen tegen ons aan.
Mijn eerste dag zit erop. Morgen moet ik weer. De moed zakt me in mijn schoenen. Ik begraaf mijn gezicht in Fleurs hals en slik. Twee keer. Of drie. Ik ga niet huilen, ik ga niet huilen. Maar hoe ga ik dit ooit volhouden?
Els Dillerop
Els is moeder van Fleur (2) en Elfi (0) en getrouwd met Frank. In haar vrije tijd is ze docent Frans, vertaler en tekstschrijver.
Geen reacties