Sportschool

Daniëlle is getrouwd met Jos en moeder van twee jongens en een meisje. 

‘Ik ga zo nog even naar de sportschool als je het goed vindt,’ zeg ik tegen mijn man, ‘dan ben ik zes uur terug voor het eten.’ Het is zaterdagmiddag vijf voor half vijf en ik merk aan mijn onrustige lijf dat ik heel graag nog wil sporten. De kinderen spelen buiten met hun vriendjes uit de straat. Prima moment om nog éven wat te gaan doen. Jos vindt het prima. 

Boven hijs ik me snel in mijn sportkleding, gooi een Dopper en een handdoek in mijn sporttas en sprint naar beneden om mijn schoenen aan te doen. Terwijl ik op de trap mijn rechterschoen strik, zie ik door het raam van de buitendeur mijn dochter hard vallen.

Mama, papa, Fenne is gevallen!

‘Mama, papa, Fenne is gevallen!’ roept Jesse boven het gekrijs uit. Jos is al buiten en tilt Fenne van de grond. Ik zie blote voeten en een strompelend meisje. ‘Kom maar binnen lieverd,’ zeg ik rustig, ‘dan kijken we even naar je voet.’ 
 
Tik tak tik tak tik tak hoor ik in mijn hoofd. Waarom heeft ze nou ook geen schoenen aan gedaan? denk ik verwijtend. Het is half vijf. Als ik nog wat van mijn trainingsrondje gedaan wil krijgen moet ik nu gaan. 

Ik zet Fenne op het aanrecht en bekijk samen met Jos wat de schade is. Een paar tenen zijn geschaafd en er is bloed. Je kan dit ook prima aan Jos overlaten klinkt er in mijn hoofd. Fenne redt het ook wel zonder jou, hoor. Dan kan jij je sportrondje gewoon afmaken en jij mag ook gewoon tijd voor jezelf hebben, hè.

Nu is weggaan gewoon gemeen. 

Het is allemaal waar. Maar voor mij zit een overstuur meisje dat zich gillend aan papa vastklampt terwijl ik haar voet afspoel onder de kraan. Die mijn arm vasthoudt en snikkend haar hoofd op mijn schouder legt als ik een pleister op twee bloedende tenen plak. Nu is weggaan gewoon gemeen. 

Dus plof ik met Fenne op de bank. Ik geef haar een kus op haar voorhoofd en ze kruipt in het holletje dat mijn armen vormen. Zekijkt me een paar keer met grote ogen en een lieve lach aan. Daar zitten we dan.
Nu is het moment hoor ik na een kwartier in mijn gedachten. ‘Fenne, vind je het goed als ik dan nu even ga sporten?’ vraag ik haar. Ze knikt en vervolgt haar knuffelsessie bij Jos op schoot. 

De klok springt op vijf uur als ik mijn eerste cardio-onderdeel op de crosstrainer start. Voor mijn hele rondje inclusief krachttraining heb ik een uur nodig. Maar wat blijkt… de fitness gaat op zaterdag om half zes dicht. Lekker dan. Maar eigenlijk maakt het me helemaal niet uit. Ik heb straks een half uur cardio in the pocket én training in het luisteren naar mijn moederinstinct gehad. Dat lijkt me meer dan genoeg beweging voor vandaag.