Lees

Overbodig

Sanne is moeder van Lieve en Pepijn. En ze is er maar druk mee.

Het ene moment ben je druk met tandenpoetsen, schone onderbroeken klaarleggen, afdrogen, kleren uitzoeken voor de volgende dag en Sjakie en de chocoladefabriek voorlezen en het andere moment zit je op de rand van je bed door je telefoon te scrollen terwijl je kinderen het allemaal zelf regelen.

Ineens zie ik mezelf zitten. Met m’n telefoon in m’n hand. Wat zit ik hier te doen? Waarom heb ik geen onderbroek in m’n hand? Of een tandenborstel? Waarom staat er geen druipend jongetje voor m’n neus dat grinnikend z’n armen omhoog houdt omdat hij weet dat het kietelt als ik hem daar afdroog?

Hoe zijn we hier aanbeland?

Toen ik net de trap op liep en daarna over een stapel kleren stapte, ben ik toen ergens door een tijdportaal gestapt? Hoe zijn we hier aanbeland? Ik vraag me af hoe ik dit zelf vroeger deed. Vanaf welke leeftijd ging mijn moeder niet meer mee naar boven en stond ik alleen met m’n zusje in de badkamer? Met een handdoek zo onder onze oksels gevouwen dat het leek alsof het een strapless galajurk was.

Ik hoor Lieve en Pepijn ook samen giechelen. Ik voel me overbodig. Dat vind ik normaal een heerlijk gevoel, regel het maar lekker zelf allemaal, ik heb wel wat beters te doen. Maar nu drukt het zwaar op m’n gemoed. Want dat grootste cliché kan je op de gekste momenten ineens keihard in je gezicht slaan: dat het zo ongelooflijk snel gaat.  

Ik leg m’n telefoon weg en loop de badkamer in. ‘Moet er hier nog iemand afgedroogd worden?’ Twee paar ogen kijken me verbaasd aan. ‘Nagepoetst? Schone onderbroek?’ probeer ik. Ze kijken elkaar aan en schieten in de lach. ‘Wil je wel voorlezen?’ vragen ze dan. Natuurlijk wil ik dat.

Vorige bericht Volgende bericht

Ook leuk

Geen reacties

Laat je reactie achter