Lees

Nu even niet

Vorige week was het zo ver. Ik bereikte het ‘Nu. Even. Niet. Moment.’ Ik riep het net zo dramatisch als in die ene reclame. Met tranen rollend over mijn wang. Met mijn to do list wapperend in mijn linkerhand. Ik voel dat moment vaak al in de verste verte aan komen deinzen, maar over het algemeen blijf ik altijd zeggen ‘Oké. Nou. Vooruit dan. Nu toch maar wel.’

En da’s een slechte eigenschap. I know. Ik voel hem tenslotte niet voor niets aankomen, mijn hoofd waarschuwt me. Maar mijn hoofd is eigenwijs. En mijn hoofd propt het aanstormende gevoel weg met excuses als menstruatie, moeheid en sneeuw. Want ja, van sneeuw word ik chagrijnig. En van strooiwagens trouwens ook. En mijn overvolle agenda werkt ook niet bepaald mee mijn chagrnijnigheidslevel zo laag mogelijk te houden.

Met een weekend voor de boeg met alleen een paar uurtjes werk, maar zonder verplichte familiereünies, organisatiedates voor vrijgezellenfeesten én zonder de kinderen, besloot ik dat het Nu. Nog. Even. Wel allemaal kon. Dus bikkelde ik de hele week ik als een malle door, met mijn uitzicht op het lege weekend. Met de geliefde. Die toevallig wel op mijn to-do-lijst stond.

‘Het lijkt wel of jij het niet kunt. Niks doen,’ zegt de afgevinkte to-do man die zondagochtend, terwijl ik al dweilend afbakbroodjes sta te bakken. En al squatend mijn tanden poets.

Bedankt joh, denk ik. ‘Je hebt gelijk,’ zeg ik.

En dus besluit ik mijn aankomende week anders te gaan aanpakken. Ik pak mijn agenda en werp een blik. Kraambezoek, huisarts moedervlek weghalen, kind A daar ophalen, kind B zwemles, kind B kinderfeest, cadeau halen kinderfeest, cadeau halen verjaardag zondag, koffie bij vriendin, kaart sturen oma, pakket Zalando retour. En dan heb ik nog niet eens gebladerd naar de donderdag, vrijdag, zaterdag en zondag van die week.

Maar het lukt me. Ik kom de zondag relaxt door. Ik kom bij. En weet zeker dat ik dit ga vasthouden.

Misschien wordt ik maandagochtend iets te uitgerust wakker. Als ik mijn ogen open doe zijn de eerste woorden die mijn mond uitkomen: ‘Volgend weekend ga ik met de kindjes een proefjeskeuken maken! Met experimenten. Met water, azijn en latex handschoenen! En ik ga met ze tropisch fruit kopen! Zoals bakbanaan, sterfruit en passievrucht. Om te proeven!’

‘Misschien kun jij beter jouw agenda wat leger maken, in plaats van voller,’ klinkt er nuchter en slaperig naast mij.

En daar had ie een punt. Laten we alleen de bakbanaan proeven.

Vorige bericht Volgende bericht

Ook leuk

Geen reacties

Laat je reactie achter