Elsbeth is oprichter van deze club, moeder van een dochter (18) en zoon (12) en getrouwd met Henno.
‘Vind je het niet erg dat hij niet op een sport zit?’
Ik zit te lunchen met kantoorgenoot Sanne als we het over zwemles en hobby’s hebben en zij mij deze vraag stelt. Haar zesjarige is onlangs gestopt met handballen. Herkenbaar voor mij, want mijn inmiddels puber was na zwemles ook niet te porren voor een sport. We hadden peuterjudo geprobeerd, en kleutergym. Hij deed ooit nog redelijk enthousiast een vakantiecursus skateboarden, daarna een paar blauwe maandagen freerunnen. Maar vooral de zwemles vond hij leuk. Dat gaf hoop.
Maar helaas pindakaas. Toen het B-diploma binnen was vond hij ook dat wel mooi geweest. En er leek geen enthousiasme voor een andere sport. Of ik dat erg vind? Ik geef niet gelijk antwoord op Sanne’s vraag. Iets in mij vind eigenlijk wel dat sporten erbij hoort. En met een vader die ooit gymleraar was, een zus die welke sport dan ook gelijk heel goed kan, en een moeder die ook haar hele leven al op de een of andere manier beweegt, had ik niet zien aankomen dat we een zoon kregen die wat sportiviteit betreft het meeste op zijn opa zou lijken (sorry pap). Maar ik zag aan alles dat hij er geen zin in had.
Wat je kind graag doet, kun je niet sturen.
Ooit was ik voor mijn werk eens op een congres over talentontwikkeling. Eén van de sprekers zei dat je bij kinderen goed kunt zien waar ze ‘boevenogen’ van krijgen. ‘Het ene kind bouwt graag met Lego, de ander rent het liefst de hele dag achter een bal aan. Wat je kind graag doet, kun je niet sturen. Als je let op die ogen, dan weet je waar ze energie van krijgen,’ hoorde ik toen op dat congres en ben ik nooit vergeten.
Teun was nog klein toen ik die lezing bijwoonde. Maar het is me altijd bijgebleven. Ik ging letten op zijn boevenogen. Die ik zag als hij verhalen verzon, filmpjes maakte, bij kleine optredens. Toen bleek dat hij geen voetballer, basketballer, skateboarder of hardloper zou worden, bedacht ik dat musicalles misschien wel leuk voor hem zou zijn. Daar moet je immers ook bewegen, beredeneerde ik om het als alternatief voor sport te zien.
Ieder jaar sluit hij af met een grote show.
En zo geschiedde. Inmiddels rijden we al een jaar of vijf wekelijks naar een zaaltje in Leidsche Rijn, waar hij twee uur later vol verhalen, vol energie en vol nieuwe creatieve ideeën naar buiten komt. Ieder jaar sluit hij af met een grote show waar hij staat te shinen op het podium in een echt theater. Inmiddels zit hij ook op drumles, is hij zelf bezig gitaar te leren bespelen, heeft hij een groep waarmee hij Dungeons and Dragons speelt, tekent hij strips en verzint hij nog steeds verhalen.
‘Nee, ik geloof het niet,’ antwoord ik uiteindelijk op Sanne’s vraag, terwijl mijn een-kind-moet-sporten-overtuiging me toch nog een kleine beetje dwars zit. Ik leerde op dat congres ook dat als je vaak iets doet waar je blij van wordt je dat ziet aan het kind. ‘Dan geeft dat veerkracht en zelfvertrouwen,’ zei de spreker. Ja, als ik íets terug zie in mijn niet sportieve, maar super creatieve kind, dan is het wel dat hij vol vertrouwen in het leven staat. Dan maar met een iets minder goeie conditie.
Gun jij je kind (of jezelf) ook meer zelfvertrouwen? Doe mee aan ons webinar!
Vol zelfvertrouwen in het leven staan. Dat willen we allemaal het liefst voor onze koters. Als ouder heb je hier natuurlijk niet alle invloed op, maar we kunnen wel veel doen om onze kinderen een positief zelfbeeld te geven en een gezond zelfvertrouwen. Wat kun jij toevoegen zodat je kind uitdagingen durft aan te gaan, tegenslagen kan opvangen en makkelijk(er) sociale contacten kan leggen? En: Hoe draagt jouw vertrouwen in jezelf en jouw kijk op de wereld hier ook aan bij? Ben jij iemand die onbevreesd in het diepe durft te springen? Hier gaat ons volgende webinar over. Meer informatie over dit webinar vind je hier.
Voor ouders van kinderen tot ongeveer 14 jaar
Geen reacties