Baby, Lees, Peuter

Anders

Het derde blog van Lianne! Lianne is woordkunstenaar, feministe, self-care activist, schrijfjuffie én mama van de twee gezelligste ‘monstertjes’ van Rotterdam. Ze heeft een meisje (bijna 4) en een jongetje (bijna 2) en schrijft hier over haar moederavonturen. 

We schuiven het ledikantje van ons zoontje naar de kamer van onze dochter. Nu is het hun kamer. Ik staar naar de gele wolkjes op het behang en de boekjes op de planken. Manu van anderhalf lag tot vandaag bij ons op de slaapkamer, maar hij slaapt niet goed. We hebben alles geprobeerd, alles wat bij Anne-Rosie werkte and then some. Inbakeren, wiegen, liedjes, white noise, extra melk, thee, laten huilen, bij mama in bed. Niets hielp. Een vriendin grapte: ‘Joh, dan leg je ze toch gewoon nu al op één kamer? Dan is hij Rosie’s probleem.’ Ik lachte erom, maar misschien was het wel een idee. Worst case dutten wij een paar uur want Rosie slaapt toch overal doorheen.

Toen ons eerste kindje werd geboren, dacht ik dat ik niks wist. Bij Anne-Rosie was alles nieuw en wij waren leergierig. We hadden al drie opvoedboeken gelezen voordat ze er was, pen en papier lag klaar om aantekeningen te maken toen de kraamhulp arriveerde. We gaven Rosie verschillende prutjes om te onderzoeken wat ze lekker vond en probeerden muziekjes uit om te ontdekken waar ze het beste op sliep. Het was zoeken en proberen, maar we waren er. Als babyverzorging een Olympische Sport was, stonden wij op het podium. 

Alles wat bij haar werkte, zou nu ook goed gaan.

Toen ik voor de tweede keer een kindje kreeg, dacht ik dus dat ik alles wist. Ik was voorbereid op nog een Anne-Rosie, alleen dan met een piemeltje. Alles wat bij haar werkte, zou nu ook goed gaan. Ik wilde Manu – net als zijn zus – poëtisch op mijn hart dragen, maar hij weigerde de draagzak. ‘Bende gek moeders?’ grapte mijn vriend elke keer als hij zag hoe Manu zich uit zijn draagzak probeerde te wurmen (mijn kinderen zijn half Brabants). Gepassioneerd dook ik weer de keuken in voor zoete-aardappel-prutjes en geraspte appelprakjes. Homemade is het beste voor je kind en Rosie smulde ervan. Manu niet. Hij hield wel van eten, alleen dan van moeder Olvarit. Voor Rosie zetten we de playlist White Noise for Baby’s op en ze snurkte meteen. Manu dus niet.

Ik kijk naar het peuterbedje met het door oma gemaakte Frozen-dekbedovertrek en naar het ledikantje dat er nu tegenover staat. ‘We zien het wel,’ zeg ik tegen mijn vriend en we lopen naar de woonkamer. Anne-Rosie en Manu ‘koken’ iets in hun keukentje wat ze aan ons serveren als chocoladepizza met mosterdsoep. Ze lachen hard als wij beginnen te slurpen en te happen en geven elkaar een high five. Ik glimlach en er valt een kwartje. Ik kijk al anderhalf jaar naar ze, maar nu pas zie ik het. Ja, hij is anders, natuurlijk, maar dat bedoel ik niet. Toen Rosie werd geboren, was ze alleen. Toen Manu werd geboren, had hij meteen een grote zus. Zij voelde zich veilig in een draagzak, hij voelt zich overal wel veilig. Ik denk omdat zij er is. Manu is geboren in een ‘samen’ en dát is heel anders.

Als ik Manu die avond zijn slaapzakje aantrek en met hem knuffel, blijft zijn hoofdje extra lang in mijn nek liggen. Hij lijkt blij. De grap blijkt de beste suggestie aller tijden. Want deze nacht, waarin hij niet meer naast mama slaapt maar naast zijn zus, slaapt hij eindelijk een nachtje door.

Vorige bericht Volgende bericht

Ook leuk

Geen reacties

Laat je reactie achter