Baby, Lees

Ik ben één en ik zeg néén!

Getergd wrijf ik over mijn ietwat geveinsde pijnlijke wang. ‘Auww’, zeg ik er ook nog theatraal bij. Zora vindt het maar wat grappig en heft haar arm alweer de lucht in om me hengst nummer twee te geven. Ze is niet echt onder de indruk van mijn boodschap.

Nee, ongecontroleerde armbewegingen zijn het niet. Nee, echt niet. Nee, dit zijn bewuste klappen. Ik heb haar het ‘aai-aai’-principe inmiddels al uitgelegd. Dat pakte ze verbazingwekkend snel op. Aaien krijg ik gelukkig ook heel regelmatig en een hoop kusjes bovendien. Maar als ik nee zeg tegen Zora, schudt ze eerst poeslief ‘nee’ mee. Alsof ze zegt: ‘Dit mag niet hè mama…? MAAR IK DOE HET LEKKER TOCH!’ Om vervolgens uit te halen. Pats!

Elke keer schrik ik me een hoedje. Zo onverwacht als het komt. De eerste keer was ik zo van mijn à propos dat ik net iets te ferm haar hand pakte en riep: ‘Nee, Zora, dat mag echt niet. Dat doet pijn!’ Waarvan zij zich weer een hoedje schrok natuurlijk en onbedaarlijk hard moest huilen. Maar dit ‘niet-slaan’-principe pakt ze een stuk minder snel op, gek genoeg.

Ik houd mijn hart vast. Wat als ze straks twee is? Hoe erg wordt het dan? Moet ik niet veel strenger zijn? Pikt ze er überhaupt iets van op? Hoe stel ik in hemelsnaam grenzen bij zo’n lief klein meisje met van die schattige blonde krulletjes? Is ze niet gewoon aan het ontdekken, proberen, erváren? Beperk ik haar nu niet te veel? En leer ik haar nu dat ze niet mag ontdekken? Ik hóóp in elk geval dat ik haar leer altijd nieuwsgierig te blijven, zonder belemmeringen, maar dat ze soms wel even na denkt: is dit wel zo verstandig?

De ik-ben-twee-en-ik-zeg-nee-fase kwam bij Quin pas rond zijn vierde. En eerlijk is eerlijk. De teller van het rondspartelen en krijsend op de grond van de supermarkt liggen stopte bij hem al bij twee. Ik denk dat dat bij Zora zomaar héél anders zal zijn: die ligt nu al op haar rug te huilen als ze haar zin niet krijgt. Ze heeft wel gevoel voor dramatiek in elk geval.

Zora sleept, schuift, duwt, gooit, trekt  haar plastic speelgoedkist voor de zoveelste keer vandaag door de kamer alsof het een licht luciferdoosje is. Hoe groter en zwaarder hoe beter. En als het dan ook nog heel veel geluid maakt, is het nog leuker. Wiebelig, wat onvast, met een handje op de rand van de kist, kijkt ze me ondeugend aan …. En schudt ze weer met haar hoofdje. Bam! Daar vliegt de houten activiteitenkubus door de kamer.
Ik loop naar haar toe en zeg: ‘Nee, Zora. Niet gooien! Uh! Uh!’ Haar rechtse kan ik net ontwijken. Dit keer ben ik sneller dan zij. Ik pak haar hand vast en ik herhaal mijn mantra nog maar eens. ‘Niet slaan, schat.’ En weer schudt ze haar hoofdje. ‘Wat jij wil, mama… NOT!’

Ik hoop dat ze nog steeds zo goed nee kan zeggen als ze zestien is.

Vorige bericht Volgende bericht

Ook leuk

Geen reacties

Laat je reactie achter