Kleuter, Lees

Vliegtuigmodus

Michelle is moeder van Amber (7) en Nova (3) en getrouwd met Marcel. Ze maakte deze zomer een reis naar Namibië. Tijdens haar heenreis had ze – ondanks de hectiek – voldoende tijd voor wat overdenkingen.

Het is donker in het vliegtuig. De meeste mensen slapen, waaronder mijn man en kinderen. Ik niet, want slapen lukt me in een vliegtuig alleen als ik kapot moe ben. En zover ben ik door overprikkeling nog lang niet, want waar het nu rustig is, was het net nog een chaos van omvallende bekers water, een driftige peuterpuber en turbulentie. En dat was ín het vliegtuig, want net voor het boarden hadden we nog een haastige kledingwissel van onze driejarige aangezien haar extra large luier de urine-stortvloed soms niet aan kan.

‘Can I have a napkin please,’ vraagt de moeder in de rij voor ons aan de stewardess. Ik ruik aan de zurige kotslucht hoe laat het is en haar verwilderde blik is herkenbaar. Het zoontje dat ik bij het boarden nog had zien spelen met zijn knuffels hoor ik zachtjes snikken. Ik probeer oogcontact te zoeken om de moeder een bemoedigend knikje te geven, maar kom niet door haar bubbel. Begrijpelijk, want in zo’n situatie ga je in een soort modus en heb je geen tijd voor moeder-sisterhood. Daar had ik net ook geen oog voor toen ik het dienbladje van Nova vasthield terwijl ik zelf aan het eten was om te voorkomen dat er warme pasta over haar reservekleren zou vallen. Vliegen met kinderen is echt te doen, maar comfortabel is het niet om tien uur lang te hannesen op de vierkante centimeter.

Het verbaast me niets dat ze het zo snel hebben gefixt

De vader van het spugende jongetje is inmiddels opgestaan om schone kleren te pakken uit het handbagagevak en voordat ik het weet zit het jongetje verschoond en wel weer in de stoel. Het verbaast me niets dat ze het zo snel hebben gefixt, want als érgens te zien is waar ouders toe in staat zijn, dan is het wel in een vliegtuig. Het ultieme wegcijferen door het simpelweg ontbreken van een keuze.

Ik denk aan het zuurstofmasker, waarvan ze aan het begin van de vlucht heel nadrukkelijk zeggen dat je deze éérst bij jezelf en dán pas bij je kind moet opzetten. Yeah sure. Heel verstandig en alles, maar ik denk dat in een noodsituatie het instinct het overneemt en je voor andersom kiest. Ik zie mezelf dat in ieder geval meteen doen.

Ik druk het schermpje aan en bekijk het vluchtschema. Nog ruim zes uur te gaan tot Namibië, onze eindbestemming. Wat een pokke-end en ik ben nog lang niet moe. Is dit nou die verveling die ik nog van mijn pre-kinderen tijdperk ken? Ik besluit dit met beide handen aan te pakken en een serie te kijken. Ik doe de oortjes in en ga er even lekker voor zitten. Na me tien minuten nostalgisch te voelen bij Desperate Housewives -wat een absurde serie is dat eigenlijk- kriebel ik even het lieve buikje van Nova en voel geen nattigheid rond haar luier. Gelukkig maar, want ik moet er niet aan denken haar nu te verschonen in dat luciferdoosje van een wc. Ik buig nog even naar haar toe om een kusje te geven. En dan bereikt een hele gore, maar herkenbare geur, mijn neus.

Shit, stront.

Vorige bericht Volgende bericht

Ook leuk

Geen reacties

Laat je reactie achter