Leer

Vijf tips voor een soepele(re) overgang naar het VO

Het lijkt misschien nog maar nét geleden dat je je (oudste) kind naar de bassisschool bracht, maar time flies en opeens is het zover: jouw bloedje staat op het punt naar de middelbare school te gaan. Zelf deed je het ooit ook, miljoenen kinderen gingen die van jou voor, maar tóch is het een spannend moment. En een mijlpaal. Dat ook. Hieronder vijf tips voor een soepele overgang naar de middelbare school.

1. Help ze goed die kant op

Allereerst een praktische tip: misschien heeft jouw puber de mazzel om de hoek te wonen, maar voor de meeste kinderen is de afstand naar school nogal een omschakeling. Er moet opeens een stuk gefietst worden. Om te zorgen dat ze dat in ieder geval comfortabel doen, is het handig de route één of twee keer met je kind samen te fietsen en te kijken waar de kritieke stukken zitten. Want ja, wij moesten jaren geleden ook al op de fiets de wijde wereld in, maar het verkeer is niet meer zoals dertig jaar geleden. Het is veel drukker dan vroeger, en in combinatie met een puberende brein, kan dat voor heel wat kortsluiting zorgen. Zie ook de ‘tiener moet naar school’-bingo hieronder die ik samen met fietsenmerk Cortina maakte. Welke fiets voor jouw kind het meest geschikt is kan verschillen. Wordt het een e-bike of een gewone fiets? Om alle scholieren in hun persoonlijke behoeften te voorzien bracht Cortina de uitgebreide Tide-collectie uit.  

2. Vier deze mijlpaal en grijp hem aan om de manier van kijken naar je kind te veranderen

Maar goed, het is nogal wat, de overgang naar de middelbare; een mijlpaal die best aandacht verdient, die gevierd mag worden. In veel niet-westerse culturen bestaan er allerlei overgangsrituelen voor dit soort momenten. Wij kennen dat niet, wat eigenlijk jammer is, want rituelen bieden een mooi moment om de blik op je kind te veranderen. Om samen te beseffen dat dingen nu anders gaan. Dat het een moment van loslaten is voor jou als ouder, en van een stap naar meer zelfstandigheid voor je opgroeiende kind. Grijp dit – feestelijke – moment dan ook aan om nieuwe afspraken te maken. Op welke punten ga je je kind meer verantwoordelijkheid geven (bijvoorbeeld: cijfers en rooster bijhouden, tas inpakken etc)? En maak ook afspraken wat jullie doen als hij of zij die verantwoordelijkheid nog niet helemaal aankan.

3. Geef vertrouwen en verantwoordelijkheid…

Geef een kind jouw vertrouwen en grote kans dat ze groeien (en meer kunnen dan je denkt). Of zoals juf Ank het zei in de televisieserie De luizenmoeder: ‘Als je wilt dat je kind omhoogklimt, moet je er vooral niet bovenop gaan zitten.’ Loslaten dus. Maar loslaten betekent niet dat je geen rol meer hebt. Het is meer en meer autonomie geven, ze steeds meer als jongvolwassene gaan zien, en steeds iets minder als kind. Jouw verwachtingsvolle houding als ouder doet er hierbij toe. Straal je wantrouwen uit of vertrouwen? Als jij laat zien dat je gelooft dat iets gaat lukken, dan is de kans veel groter dat het ook gaat lukken. Je kind groeit van jouw vertrouwen.

4. … maar laat ze niet zwemmen

Dit gezegd hebbende… betekent het nog niet dat dat allemaal goed gaat. Je brugpieper in wording is ook een mens met een puberbrein. Een stel hersens in ontwikkeling. Dát, en het gebrek aan ervaring met plannen en huiswerk, kan er zomaar voor zorgen dat ze behoorlijk de mist in kunnen gaan. Loslaten en vertrouwen uitstralen betekent daarom niet dat je ze niet moet of mag helpen. Zeker in het begin van hun schoolcarrière hebben ze vaak nog hulp nodig om overzicht te krijgen. Toen onze brugpieper alleen maar lage cijfers voor wiskunde haalde, besloten we wat meer over zijn schouder mee te kijken. En wat bleek?Het was niet dat hij het inhoudelijk niet snapte, hij plande vooral het huiswerk verkeerd, en pakte het leren verkeerd aan. Toen we vanaf dat moment regelmatig meekeken, en hem er dagelijks aan herinnerde dat hij nog wiskunde moest doen, ging het al snel beter met dat vak. En – bonus – hij ging het nog leuker vinden ook.

5. Wees je bewust van de bermuda-driehoek

Met dank aan het puberbrein dat in deze jaren alle kanten op gaat, kun je er redelijk zeker van zijn dat er dingen gaan verdwijnen. In de top vijf staan: geodriehoeken, opladers, waterflessen, sleutels en gymspullen. Bedenk van tevoren hoe je hier mee om wilt gaan. Kwijt is zelf nieuwe kopen? Kijk of je ze foefjes kan leren om dingen wel te onthouden, en wees duidelijk in de afspraken, maar zacht op relatie. Het is geen ruzie waard.

Snap dat dan!

Dit artikel is grotendeels gebaseerd op het boek Snap dat dan! dat dit najaar uitkomt. Een boek dat je helpt om je puber (en jezelf) door de huidige turbulente tijden te loodsen.
We zijn allemaal puber geweest, en met ons is het ook goed gekomen! Wij dronken ook al bier op ons zestiende, voelden examenstress en werden niet begrepen door onze ouders. We hadden dezelfde gierende hormonen en hetzelfde puberbrein als de pubers van nu.
Alleen: de wereld is niet meer hetzelfde. Sterker nog, de wereld is nog nooit zo snel veranderd als in de afgelopen tien jaar. Van prestatiedruk tot Andrew Tate, van Snapchat tot klimaatverandering. Bovendien zijn wij ook andere opvoeders dan onze ouders waren. Je beslist samen waar het gezin naartoe gaat op vakantie, we onderhandelen over tot hoe laat ze uit mogen en wat er ’s avonds gegeten wordt.

Met dit boek leer je je pubers zien in het licht van de huidige maatschappelijke ontwikkelingen. Zodat we de pubers van nu beter begrijpen en kunnen begeleiden. Snap dat dan!

Je kunt ons boek nu alvast reserveren. Dat kan hier.

Vorige bericht Volgende bericht

Ook leuk

Geen reacties

Laat je reactie achter