Kleuter, Lees, Skatekeet

Pas op. Spelen op eigen risico.

Ik zit op mijn werk, bijna in mijn laptop, als Keet belt. Keet die skateboardend door het leven gaat. Die zelfstandig door de hele stad fietst om goeie spots te vinden waar ze van af kan olliën, waar ze board slides, fifty-fifties, frontboards en fakie big spins op een hip kan oefenen.

‘He lieffie,’ zeg ik als ik de telefoon opneem.

‘Ha mam,’ zegt ze vrolijk.

Ik haal weer adem. Hoezeer ik haar ook vertrouw, hoe fijn ik het ook vind dat ze zo vrij en zelfstandig is, altijd als Keet belt, houd ik mijn adem even in, wachtend op de keer dat ze huilend belt om te vertellen dat haar grote-mensen-voortanden eruit zijn gevallen omdat ze de driedubbele floepieflappie over de rail niet landde.

Maar ook dit keer belde ze alleen maar om te vragen wat we gaan eten.

Ik keer terug naar de teksten op mijn beeldscherm. Er zijn deadlines te halen, m’n keukenboek moet af. Op m’n telefoon zie ik het hoofd van onze oppas Mariska verschijnen. Nog voordat ik iets heb kunnen zeggen hoor ik een oorverdovend hard gehuil aan de andere kant van de lijn. Al mijn zintuigen staan direct op scherp. ‘Tibbe is heel hard gevallen en er komt nogal veel bloed uit zijn neus,’ hoor ik Mariska zeggen. Tibbe is het vriendje van Teun, waar hij vandaag een speeldate mee had. Zijn gehuil klinkt hartverscheurend.

Ik had Mariska een rustig oppasmiddagje beloofd. ‘Tibbe komt spelen dus aan Teun heb je waarschijnlijk geen omkijken.’ En dat was inderdaad het geval. Tot Tibbe struikelde over zijn eigen benen en precies met zijn neus op het opstapje in onze huiskamer viel.

Ik ken Tibbe nog niet zó goed dat ik aan de zijn huil kan horen hoe ernstig het is. En aan medische kennis ontbreekt het mij ook nogal. Vingers tussen deuren, tanden door de lippen, ik heb geen flauw idee wat te doen. Ik probeer Tibbes moeder te bereiken (lukt niet) en Google wat op bloed en neus. Tot Mariska, aka Florence Nightingale, gelukkig redelijk snel terugbelt dat de situatie weer aardig onder controle is en de jongens samen aan het bijkomen zijn achter de iPad.

Later die week krijg ik een berichtje van Tibbes moeder. ‘Tibbe wordt morgen geopereerd. Zijn neus is toch gebroken.’

Ik ben geen overbeschermende moeder. Ik ben niet die moeder die in de speeltuin continu waarschuwt als Teun ergens in- of opklimt. Van mij mag het wel wat minder betuttelend, met je code rood als er een keer ijs op de straten ligt (hoera!). Eigenlijk kan ik best goed loslaten, al zeg ik het zelf. Maar dit berichtje over de neus van Tibbe brengt me toch even aan het wankelen. Een fractie van een seconde overweeg ik toch om die rottige drempel uit onze huiskamer te verwijderen. Of om er op zijn minst permanent een rood/wil lint langs te spannen.

Toen ik dit blog gisteren aan het schrijven was verscheen er toevallig ook een artikel in de Volkskrant met als titel  ‘Kinderen worden te veel beschermd en kunnen te weinig vrij spelen’, waarin speeldeskundige Froukje Hajer stelt dat kinderen te weinig ruimte krijgen om vrij en zonder toezicht te spelen. Als je het interessant vindt, kun je het artikel hier vinden.

Vorige bericht Volgende bericht

Ook leuk

1 Reactie

  • Reageer Simone 31 januari 2016 at 19:46

    Bij dit onderwerp is het de kunst om de “grote lijnen” te zien en niet te reageren vanuit eigen -ongeluks- ervaringen. Angst is een slechte raadgever. En de grote lijn is dat kinderen ontzettend beschermd worden, en daardoor niet leren om risico’s te herkennen. Kinderen moeten rennen, klimmen en vallen, bult op je kop, snee in je vinger, een bloedlip, blauwe plek, en je knie kapot. Ervaren wanneer het verkeerd gaat. Sommigen zullen iets breken. Sommigen zullen sterven.
    Ik ben van de generatie die de kinderen los op de achterbank had, of spelend achterin de stationcar, ook de baby, geen gordels in kinderwagen of kinderstoel, zonder helm of gordels brommer en auto reed, rolschaatste zonder beschermstukken en veel minder stoplichten en verkeersregels hoefde te leren. (Ik geef toe, het verkeer was rustiger). Ja, mijn voortanden heb ik ingeleverd (met m’n step op een muurtje). Mijn kinderen hebben zich pijn gedaan. Maar we hebben er allemaal goed van geleerd wat we kunnen doen en vooral wat we moeten laten. Hoe zit dat met de beschermde, vastgesnoerde, ingepakte kids van nu…?

  • Laat je reactie achter