Marloes is moeder van Willem (5 jaar) en Guusje (3 jaar) en blogt over haar rommelige en drukke leven.
“Waarom hebben jullie dat nou gedaan?” vraag ik terwijl twee kleuters me schuldbewust aankijken. “We wilden alleen maar de auto mooier maken,” antwoordt mijn buurjongetje zacht. “Het was ook écht een mooi poppetje,” voegt mijn zoon bemoedigend toe. “Maar jongens, een auto is toch niet om op te tékenen?!” Alle vier de kleuterogen kijken nu treurig naar de grond en ik bijt op mijn lip om de scheldwoorden die ik wil zeggen in te slikken.
Het is notabene Moederdag als er in de buurt-app een foto verschijnt van een donkergrijze motorkap met wat onduidelijke krassen en een poppetje erop. Aangezien onze buren allemaal parkeren op het afgesloten terrein achter onze huizen, denk ik al vrij snel voor 99% zeker te weten welke kunstenaars met steentjes bezig zijn geweest om de betreffende auto ‘mooier’ te maken.
Hij is blijkbaar een vandaal in de dop
Na een opvoedkundig “ik word niet boos, maar ik wil wel heel graag weten wat er gebeurd is,” geeft mijn kleuter zijn eerste misdrijf al snel toe. Mijn hoofd draait op volle toeren. Ik heb zojuist gezegd dat ik niet boos zou worden, maar ik voel me wel boos. Of eerder gezegd; verbaasd en teleurgesteld. En ergens voel ik me ook nog eens een totaal falende moeder omdat mijn zoon dus blijkbaar een vandaal in de dop is.
“Ik schaam me dood”, zeg ik diezelfde avond tegen mijn moeder, “hoe halen ze het in hun hoofd om zoiets te doen? Zijn ze achterlijk of zo?” Mijn moeder haalt haar schouders op. “Het zijn nu eenmaal kinderen, die doen rare dingen. Het is onvoorspelbaar, we kunnen niet alles voorzien en we kunnen ze niet op elke mogelijke misstap voorbereiden.” Ik weet dat ze weer eens gelijk heeft, maar het gevoel van schaamte blijft aan me knagen.
Ben ik nu een slechte moeder?
Ben ik een slechte moeder omdat mijn kind een auto heeft bekrast? Ben ik zo grenzeloos dat mijn zoon denkt dat hij alles wel kan maken? Is mijn kind zo’n vreselijke etter waar je nu al geen grip meer op hebt? Wordt hij later een relschopper? Ik schud mijn hoofd. “Nee, hou op!”
“Mama, morgen maak ik een tekening voor de buurman en dan zet ik daar sorry op en dan doe ik die bij hem in de bus.” Ik aai mijn kleine hooligan over zijn hoofd en zeg dat ik dat een goed idee vind. “Maar, dan gaan we de brief niet in de bus gooien. We bellen aan en dan mag jij sorry zeggen.” Met grote ogen kijkt hij me aan en ik zie dat hij bijna moet huilen. “Dat durf ik niet!” En toch gaan we het zo doen, denk ik in mijn achterhoofd, terwijl ik hem uitleg wat er wordt bedoeld met ‘wie zijn billen brandt, moet op de blaren zitten’.
Geen reacties