Frauke is een Belgische moeder. Ze woont met haar gezin in de rand rond Brussel. Begin vorig jaar verloor Frauke haar partner Olivier, en verloren de kinderen Elise (13) en Tristan (11) hun vader na een jarenlange ziekte.
‘Mama, het kan echt niet meer.’
Het is donderdagavond, de dag na Sinterklaas, en ik opper om ’s avonds samen de kerstboom te zetten. Vroeger wou de traditie dat ik op een zondagavond thuiskwam van een koorrepetitie, en de kerstboom – verrassing! – door Olivier en de kinderen was opgezet. Ik had er dus nooit een zegje in. En eerlijk, dat vond ik helemaal niet erg, want hoe gezellig ik die extra lichtjes in huis wel vind, zo ongezellig vond ik een boom opzetten met jonge en overenthousiaste kinderen.
Onze kerstboom is superecologisch: een minstens veertig-jaar oude boom uit pure plastiek, ik kan hem zo verkopen op Vinted.
Toen mijn tante haar boom de deur uit wilde wegens te oud en ook haar kinderen er feestelijk voor bedankten ondanks hun – ongetwijfeld – fijne herinneringen aan de boom, adopteerden wij de boom met alle slingers en ballen met veel plezier. Mijn man vond het veel geld uitgespaard, ik vond het recycleren in het kwadraat.
Dat ziet niemand, toch?
Toegegeven, de boom verliest elk jaar wel wat naalden, in die mate dat die onze stofzuiger zowel bij het opzetten als bij het afbreken van de boom, compleet verstopt. Hij mist ook één ijzeren takje, maar de kant zonder takje komt gewoon aan de achterkant tegen de muur. Dat ziet niemand, toch?
De geërfde lampjesslinger gaf het vorig jaar op. Die was hier en daar verstorven, na al die jaren en weigerde plotseling dienst. Toen verzamelden we alle lampenslingers uit ons hele huis, en hingen ze allemaal in de boom. Het was op zijn minst apart, erg kleurrijk, een beetje eclectisch en had een hoog Pippi Langkous-gehalte. Maar net zoals Pippi en haar vrienden, hadden we het grootste plezier, en vonden we onszelf erg vindingrijk.
En eigenlijk is onze eigen kerstboom voor ons ook niet de allerbelangrijkste der kerstbomen. Die van oma en opa, waar we tijdens de kerstdagen vanuit verschillende hoeken van het land én het buitenland met de hele familie minstens vijf dagen verblijven, die is het allerbelangrijkst. Die krijgt van elk van ons jaarlijks nieuwe versieringen. Er hangen al jarenlang snoepjes in de boom; waar onze vroegere buurjongens – die ondertussen geen tien maar wel 45 zijn – nog elk jaar even voor langskomen als ze in de buurt zijn.
Toen botste ik op een gemeenschappelijk kinderfront.
Donderdagochtend stelde ik de kinderen dus voor om ’s avonds de boom te plaatsen. En toen botste ik op een gemeenschappelijk kinderfront: dat het toch echt niet meer kon, die oude boom. Dat er amper nog naalden aan hingen en het meer plastiek en metaal dan boom was. En of ik dus alsjeblieft zonder dralen een nieuwe boom wilde kopen.
Ik kon nog net onderhandelen dat dat zou wachten tot de uitverkoop, die nieuwe boom. Maar het is wel duidelijk: de kinderen nemen stilletjes aan het huis over. Net zoals in de verhalen van Pippi Langkous.
Geen reacties