De kinderen liggen op bed en mijn lief en ik hangen onderuitgezakt op de grote houten bank in onze voortuin. Hij een dubbele espresso, ik een mok thee, beiden een brok pure chocola met hazelnoten.
“Ik wil iets nieuws. We moeten iets nieuws,” zeg ik.
“Hoe bedoel je?” Hij neemt een laatste slok koffie en kijkt peinzend waar hij z’n fragiele glazen kop neer zal zetten.
“Iets waar ik naartoe kan leven. We hebben alles. We hebben twee kinderen en er komt er geen meer bij. We hebben een mooi rijtjeshuis. We zijn vorig jaar getrouwd. We zijn klaar. Af.”
“Ja, heerlijk!”
“Nee, saai!”
“Ik wil wel een pergola in de tuin?”
“Een pergola? Nee, ik bedoel iets groots! Iets wat bijna niemand doet! Iets om voor te sparen, iets om naar uit te kijken. Een wereldreis ofzo. Dat kan best! Gaan we met z’n vieren gewoon twee maanden backpacken door Azië. Dat kun je best aan de zomervakantie plakken. Of je gaat een half jaar, dat maakt dan ook niet zo veel meer uit, toch? Kopen we gewoon een ambtenaar van leerplicht om en we hebben nu kunnen oefenen met thuisonderwijs. Of we laten ze naar zo’n digitale school gaan, die bestaan toch ook? Voor circuskinderen enzo? Is toch gaaf? Worden je kinderen echte wereldburgers van en heel flexibel, hebben ze hun hele leven iets aan. En dan zitten wij ’s avonds niet met z’n tweeën in een voortuin aan een pleintje vol met gezinsauto’s, maar op het strand onder een palmboom met een cocktail. Maar zonder backpacks kan ook, hoor. Blijven we in Europa en gaan we rondreizen met een camper. Of we kopen zo’n oude brandweerwagen en die knappen we helemaal op! Met zo’n luikje aan de zijkant waar vroeger de brandweerslang zat, maar waar wij dan een barbecue in hebben gemaakt en dat we de ladder uit kunnen schuiven en er dan een hangmat aan hangt ofzo. Kun jij dat, denk je? Je bent wel heel handig! Rijden we met zo’n Pluk van de Petteflet-wagen helemaal door Scandinavië, daar mag je volgens mij overal wildkamperen. Gaan we naar het noorderlicht! Dat lijkt me zo mooi. We hoeven niet eens terug. Ik kan best schrijven vanuit een busje. En jij bent jarenlang kok geweest, die hebben ze ook overal nodig.”
Hij zet z’n kopje op de bank naast zich en kijkt me aan met z’n bekende ‘m’n-vrouw-is-gek-geworden’-blik. Dan zegt hij: “Weet je wat je ook kunt doen? Weer een nieuwe baan zoeken. Je werkt hier alweer bijna een héél jaar!”
Ik zucht.
“Of ik neem een minnaar. Ook leuk.”
1 Reactie
O zo herkenbaar 🙈 😂