Lees, Tiener

Het hol

Natanja blogt over haar leven als moeder van een zoon van tien en een dochter van twaalf. En over zichzelf natuurlijk ðŸ˜‰

Er is een ruimte in mijn huis waar het rolgordijn 24 uur per dag is neergelaten. Het daglicht wordt er effectief buitengesloten. Een strip led verlichting langs de plafondplinten hult de kamer in ijzig blauw of warm oranje. Ik noem deze ruimte: het hol. 

Er staat een bed, een kast, een bureau en er hangt een hangstoel aan het plafond. De meubels zijn lastig te onderscheiden, vanwege alle servies, make-up spiegels, snoepverpakkingen, onderbroeken, badhanddoeken, deodorantbussen, schoolboeken, schriften, knuffels, fotolijstjes, stofwolken en lang-haar-samenraapsels die deze oppervlaktes liefdevol bedekken. De looproute wisselt zo dagelijks.

Zij lijkt zich compleet senang te voelen in haar habitat.

Ergens in een hoek bevindt zich, als je goed kijkt, de bewoonster. Zij lijkt zich compleet senang te voelen in haar habitat. Het is mijn puber. Ze buigt zich over laptop en boeken, belt het liefst in groepssessies met vijf vrienden om samen huiswerk te maken of juice te bespreken, lakt ondertussen haar nagels, binget series op Netflix en toont geen enkele motivatie om de ruimte te verlaten. Uitzondering vormt de avondmaaltijd, waar ze knipperend tegen het daglicht aanschuift. 

Het riekt in het hol. Afhankelijk van het moment op de dag verspreidt de ruimte afwisselend bijzondere geuren. Die van diepe slaap, natte hond, nagellak of aceton, of de nieuwste bloemengeur van een Dove-spuitbus. Die laatste geur bereikt alle kieren en gaten van ons oude huis, en daar zijn de andere bewoners enorm blij mee.   

De ruimte is alleen toegankelijk voor de puber. Bezoekers wordt de toegang ontzegd, tenzij je tot een select gezelschap van hartsvriendinnen behoort. Incidentele bezoekers in de vorm van moeders die schone was komen brengen worden hartgrondig weggekeken. Wil je toch wat aandacht, dan wordt dat per definitie niet gewaardeerd. Op het bed gaan zitten om bij te kletsen levert een ‘wil je alsjeblieft weggaan’ op. Je neus om de hoek steken en hoi zeggen krijgt als respons een vriendelijk antwoord: ‘Wat is er? Ga weg’. Vragen om een knuffel is helemaal uit den boze. Het enige lichtpuntje vormt het bezorgen van kruidnoten of chocola; dan word je, kortstondig, met een glimlach ontvangen. 

Dan is het moment om alles open te gooien.

Als de puber even weg is, moet je als huisbaas je kans schoon zien. Dan is het moment om alles open te gooien, de boel te luchten en de vloer van beschimmelde boterhammen en zweetsokken te ontdoen. Helaas weet je ook dat de status van de ruimte aan het eind van de dag hetzelfde is als voor deze heimelijke opruimsessie. 

Over een jaar of vijf wordt het hol hopelijk verlaten. Tot die tijd zit er niets anders op dan gevuld met heimwee en met hoopvolle blik langs de deur te lopen voor een flard menselijk contact. Je houdt je vast aan één gedachte: ooit zal de deur weer voor je openstaan.

Vorige bericht Volgende bericht

Ook leuk

Geen reacties

Laat je reactie achter