Marloes is moeder van Willem (6 jaar) en Guusje (4 jaar) en blogt over haar rommelige en drukke leven.
“Ik ben een dikke vette panda!” Mijn zoon stapt met een gek loopje op het krukje en laat zich voorovervallen in ons nieuwe uit de kluiten gewassen opzetbad. Zijn zusje ligt in een deuk en gilt het uit. Zelf zie ik niet wat er zo grappig is, maar dat heb ik wel vaker met die twee. Nu is het haar beurt. “Ik ben een flamingo!” Met een elegant sprongetje op 1 been springt ze het water in. Haar broer applaudisseert en joelt als ze proestend weer boven komt. Achter me wordt met een luide klap een balkondeur dichtgesmeten, het geluid wordt de buurman te veel.
“Oke, lieverds ik heb een challenge voor jullie. Probeer nu eens op jullie allerzachtst het water in te springen. Als een babymuisje of een rups. En fluister heel zachtjes wat je bent zodat ik het niet kan horen, maar moet raden wat jullie zijn.” Twee druipende gezichtjes kijken me aan en rennen terug naar het krukje.
Kan het niet eens wat rustiger?
Heel even is het stil in de tuin, op het zachte gespetter na. Met een schuin oog kijk ik naar boven, maar de buurman heeft zijn balkondeur nog steeds gesloten. Vanaf een ander balkon klinkt muziek, verderop springen de buurmeisjes op een piepende trampoline, een vliegtuig vliegt over, de meeuwen krijsen, een motor trekt hard op, in de verte klinken sirenes. Het zijn geluiden van de stad, maar ik ben gefocust op die van mijn kinderen.
“Hou nou toch eens op met die herrie”, schreeuwde de buurman van de flat naast ons laatst naar beneden, “kan het niet eens wat rustiger”. Het was een van de eerste warme zaterdagen en maar liefst zeven buurkinderen hadden waterpret in onze tuin. Sindsdien ben ik op mijn hoede. “Doe eens rustig. Guusje, niet zo gillen. Praat maar met je zachte stem. Ssst, ik sta naast je. Niet schreeuwen. Als je nog een keer gilt, kom je maar naar binnen…”
Die avond lig ik tot laat in de tuin te lezen op de bank, maar concentreren lukt amper. De avondgeluiden van de stad worden continu verstoord door vals gejank op een viool. Steeds als het stopt, gaat het weer door, urenlang. Gek word ik ervan. Als ik opsta om te kijken waar het geluid vandaan komt, zie ik de boze buurman geconcentreerd met het instrument tegen zijn kin staan. Heel even overweeg ik om te schreeuwen dat hij moet ophouden met die herrie, maar ik hou me in, morgen zal er wel weer gezwommen worden.
Geen reacties