Inge is zwanger van haar tweede kindje. En ook al wil je het misschien niet, het is toch anders zo’n tweede zwangerschap. Daarover schreef ze dit, voor mij althans, nogal herkenbare blog.
‘Dat kun je echt niet maken, hoor!’ reageert een vriendin verbouwereerd als ik haar mijn overpeinzingen over het geboortekaartje voorleg. ‘Hoe leg je dat straks uit aan je kind dan? Joh, jou vonden we niet zo belangrijk en daarom hadden we voor jou geen kaartje?’ Vrijwel direct schaam ik me. Is dit tweede kindje inderdaad minder belangrijk? Nee, natuurlijk niet. Maar dat het anders is, is wel duidelijk.
Mensen vragen vaak: en, is deze zwangerschap hetzelfde als je eerste? Ja, antwoord ik meestal zonder er goed over na te denken. Ja, ik was weer net zo misselijk de eerste maanden. Ja, ik heb weer net zoveel pijn in mijn stuitje. En ja, ook dit keer lig ik meestal al om negen uur in mijn bedje.
Maar dat antwoord is natuurlijk niet helemaal eerlijk. Want elke mijlpijl (lees: millimeter dat je baby gegroeid is), elke koprol die ik voelde, elke echo waarop ie heus echt elke keer naar ons zwaaide, waren de eerste keer zo bijzonder omdat het – nou ja – gewoon de eerste keer was. De verwondering daarover was bij mijn eerste zwangerschap vele malen groter en de beleving intenser (Kijk schat, de voet van je zoon. Hij zegt je gedag!).
Nu was ik zelfs ietwat geïrriteerd toen ik zo lang op het eerste schopje moest wachten. Bij een tweede zou je dat toch eerder moeten voelen? ‘Hoezo voel ik de baby nog niet,’ vroeg ik mijn verloskundige een beetje miskend.
Het magische van de eerste keer is er voor mij misschien een beetje vanaf. Erg eigenlijk hoe snel iets al gewoon wordt. Maar hoe anders is dat voor Quin, mijn zoontje van zes, die het al heel wijs over de baarmoeder heeft en al maandenlang vrijwel dagelijks een kusje op mijn buik geeft? Dag zusje, fluistert hij dan zacht. Hoe bijzonder is het voor hem?
Nee, een tiendaagse pufcursus ga ik niet meer doen, dan kan ook in een middagje wel. En de kriebels om een mooi kaartje te maken dienden zich gelukkig ook vanzelf. Ik hoop dat ik tijdens de bevalling ook zo ongeduldig ben: ‘Komen die weeën nou nog, of hoe zit dat?!’
Laten we het hopen.
Inge van der Schee
Inge is getrouwd met Rudolf, die ze leerde kennen via de Kindertelefoon. Ze is moeder van Quin (6) en 32 weken zwanger van … Naast redacteur is ze ook anti-pest coordinator, omdat ze het belangrijk vindt dat kinderen veilig naar school kunnen. Maar alles wat ze als anti-pest coordinator heel goed weet, vergeet ze héél af en toe tijdens het opvoeden. Daarover én over het krijgen van een tweede kindje schrijft ze graag. www.ingevanderschee.nl
Geen reacties