Marieke is moeder van dochter Keet (7) en zoon Faas (5). Haar leven nam afgelopen jaar een totaal andere wending toen zij en haar man Reinier ontdekten dat hun huwelijk niet stand kon houden. Inmiddels woont Marieke samen met Lara en vormen ze met haar ex Reinier een gezellige modern family. Toen Marieke haar dochter inlichtte over de scheiding, beloofde ze haar een kitten. Die kwam er, maar nu, ruim een half jaar verder, is er opnieuw verdriet.
“Ik kan niet léven zonder Lil, mam.” Mijn dochter stort zich ter aarde terwijl er dikke tranen over haar wangen rollen. Ik aanschouw het drama dat zich voor mijn ogen voltrekt bijna stoïcijns. Ik kan gewoon niet geloven dat dit echt gebeurt en kan alleen maar denken: serieus, universum? Is dit echt nodig? Ik kan me niet herinneren dat ik een spoedcursus ‘levenslessen’ voor mijn dochter had besteld. Haar katje Lil, haar grote troost in bange dagen, haar pleister op de wonde, haar grote liefde gaat dood. Nog maar negen maanden is hij. We staan op het punt te vertrekken naar de dierenarts en mijn kinderen huilen onbedaarlijk.
Het was liefde op het eerste gezicht. Het rood-witte katje uit het nestje op Marktplaats, dié was voor Keet. We gingen op babybezoek, kochten mandjes en speeltjes, telden de dagen tot hij bij ons was. En vanaf de eerste dag was het duidelijk: Keet en haar katje waren onafscheidelijk. Zijn zwart-witte broertje werd geclaimd door mijn zoon. Na de scheiding, verhuizing en alle toestanden van dien, waren de beestjes een welkome afleiding. De markering van een nieuw begin. Twee kinderen, twee katjes, niets meer aan doen.
Maar zoals dat soms gaat, had het leven andere plannen voor ons in petto. Lil was niet helemaal gezond. Hij liep alleen in rondjes. Bleek amper te kunnen zien. En de kattenbak niet altijd te kunnen vinden. Een neurologische afwijking, was de diagnose. “Afwachten hoe het zich ontwikkelt,” hoorden we bij de dierenarts.
Ik ontkende tot de laatste snik.
Natuurlijk voelde ik de bui al hangen. Vanaf het eerste moment voelde ik aan alles dat dit schattige kleine diertje niet oud zou gaan worden. Maar alleen de gedáchte al aan het feit dat mijn dochter haar katje zou moeten verliezen, deed mijn hart ineenkrimpen. Ik ontkende tot de laatste snik. Totdat Lara me herinnerde aan mijn eigen mantra: we can do hard things. “De kinderen kunnen dit, liefje, echt waar. Verlies en verdriet dragen. Als ze iéts hebben geleerd afgelopen jaar…”
En nu is het dan zover. Na de zoveelste epileptische aanval blijkt de schade te groot en het leven voor dit beestje niet meer draaglijk. Op een regenachtige donderdagmiddag haal ik de kinderen uit school. Ze zitten achter in de auto, het katje in de reismand tussen ze in. Reinier zit naast me, want Lara moet werken en ik kan wel wat steun gebruiken met twee verdrietige kinderen. Er wordt geknuffeld, gehuild, nog meer geknuffeld. “Ik kan het niet aanzien mam, ik wacht buiten wel,” weet Keet snikkend uit te brengen. Reinier en de kinderen verlaten de tl-verlichte ruimte, ik blijf alleen achter. Ik, die niet van katten hield, voel een traan over mijn wangen rollen wanneer het spuitje z’n werk begint te doen.
“Mogen we een ijsje halen, alsjeblieft mam, dat mag nu toch wel?” Twee betraande gezichtjes staren me aan; zeg daar maar eens ‘nee’ tegen. Huppelend zetten ze koers richting de ijssalon. Het verdriet verdwijnt als sneeuw voor de zon. We can do hard things… Zolang er ijs is.
Geen reacties