Lees

Spiegel

De zoon van Inge kopieert alles en iedereen om zich heen. Oók de manier waarop Inge baby Zora de borst geeft, bijvoorbeeld. Alleen maar leuk, zou je zeggen. Is het meestal ook, maar Inge heeft er toch soms haar vraagtekens bij.

Ik zit met Quin op de bank en heb net Zora de borst gegeven. Quin pakt pop Roza erbij en doet het hele ritueel feilloos na. Het is alsof ik in een spiegel kijk. Hij legt Roza aan de borst. ‘Bij je rechterborst bijt je altijd een paar tellen op je lip en word je rood. Bij die andere niet.’ Vervolgens pakt hij een hydrofiele luier om zijn borst mee af te deppen en legt Roza op zijn schouder voor een boertje. Hij klopt op haar rug. ‘Goed zo, Roza.’

Quin is een meester in het kopiëren van gedrag van anderen. Dat weet ik al langer. Ook dieren doet hij minutieus na. Met veel aandacht voor de mimiek en details. Tuurlijk, alle kinderen kruipen weleens over de grond omdat ze een leeuw zijn. Voor de nep. Maar Quin let overal op, op de schouderbladen, de stand van het hoofd, het loopje, de blik, de ballen tussen de benen die heen en weer wiegen.

‘Kijk, mama, zo drinkt juf Debora altijd haar thee.’ Schouders een beetje opgetrokken, twee vingers door het oor. Ja, ik zie het de juf helemaal doen. ‘En zo zit Elin altijd.’ Hij slaat zijn ene been over zijn andere, legt zijn handen in elkaar gevouwen op zijn knie en gooit zijn hoofd in z’n nek. Ik schater het uit. ‘En hoe zit Frederieke dan?’ vraag ik nieuwsgierig. ‘Die zit altijd met haar benen naast elkaar met haar handen netjes in haar schoot… kijk, zo.’

Hoe graag ik dit ook als iets bijzonders, als een kwaliteit zou willen zien, baart het me soms ook een beetje zorgen. Hij wil altijd hetzelfde zijn als een ander. Het lijkt een houvast, alsof hij zelf niet goed begrijpt hoe het allemaal werkt in deze wereld. Dus kopieert hij gedrag, maar wat wil hij zélf? Wat vindt hij zélf leuk, mooi, gek, grappig zonder altijd maar naar anderen te kijken en hen na te doen, na te lachen, na te praten?

Op een rustig moment in bed zeg ik tegen hem: ‘Je bent goed zoals je bent, dat weet je toch?’ Hij ligt op zijn rug en staart naar het plafond. ‘Het is ook belangrijk dat je doet wat jíj belangrijk vindt,’ ga ik verder. Even is het stil. Hij draait zich naar me om en kijkt me aan. ‘Wil je daar meer over vertellen, mama? Over dat ik goed ben zoals ik ben?’

 

 

Vorige bericht Volgende bericht

Ook leuk

2 Reacties

  • Reageer Jasmijn 6 juli 2016 at 20:08

    Moest er een beetje van huilen. Iedereen is idd goed zoals hij/zij is. Altijd maar voldoen aan de wensen van een ander.

    Een heel bijzonder moment!

  • Reageer Maria Budel 6 juli 2016 at 21:31

    Mij sprongen ook de tranen in de ogen , bij dat laatste zinnetje …. raakt waarschijnlijk ook onze eigen pijn ! En in mijn jeugd heeft er echt nog nooit iemand tegen me gezegd , dat ik goed ben zoals ik ben , maar ja ….65 jaar geleden he !!
    Mooi opgeschreven , Inge, En knap om na dat laatste zinnetje niets meer toe te voegen ! Lufjoe …

  • Laat je reactie achter