Baby, Lees

Nee zeggen

Er was eens een heel aardig prinsesje. Een prinsesje dat voor iedereen klaarstond. Ze luisterde als je ergens mee zat. En ze hielp je als je een vervelend klusje moest doen. Ze maakte nooit ruzie. En iedereen vond haar gewoon heel aardig.

 Ik ben geen prinses. Ik woon niet in een kasteel, heb geen dik krullend haar tot aan mijn billen, er is geen prins verliefd op me (of doe ik Joost daarmee tekort?) en een boze stiefmoeder maakt geen onderdeel uit van de familie. Ook als klein meisje was ik niet het prinsessen-type. Ik speelde liever buskruit dan dat ik in een glitterjurk liep. En toch lijk ik verdomd veel op de prinses uit dit prentenboekje.

Dat ben ik! Altijd aardig en behulpzaam! Denk ik niet bescheiden en lees verder. Maar op bladzijde twee gaat het mis. Het prinsesje is moe en wil niet meer uit bed komen. Ik denk aan mijn doktersbezoek van vorige week. “Ik heb zo weinig energie, maar kan er geen enkele reden voor bedenken. Ik ben niet ziek, slaap minimaal acht uur per nacht en doe alleen maar leuke dingen. Dat is dan toch vreemd?” hoor ik mezelf nog tegen haar zeggen. Ik lees verder in het boekje van Raymonde van Zijl en voel me betrapt. Dit prinsesje legt haarfijn de vinger op iets wat ik helemaal niet wil weten.

 Ze dacht aan alle momenten waarop ze eigenlijk had moeten roepen: ‘nee hoor, dat wil ik niet!’ of ‘dat doe je maar lekker zelf!’ Maar dat deed ze niet. Ze was immers altijd AARDIG.

 “Schat zet jij de vuilniszakken even buiten?” (Joost als net RTL Boulevard begint), “Sanne kun je deze week nog een extra interview voor ons afnemen?” (opdrachtgever midden in een overvolle week), “Ach Sanne, ga jij dan gezellig mee naar IKEA?” (mijn moeder die geen zin heeft om alleen te winkelen). San, heb je vanavond tijd? (een vriendin die haar hart moet luchten). Joost, opdrachtgevers, familie, vriendinnen. Ik ben er voor hen. Doe wat ze willen. Help ze. Zonder twijfel. Omdat ik het met liefde doe én omdat ik zo zeker weet dat ze blij met me zijn.

De diagnose bij het prinsesje luidt: ze is te aardig. Terwijl ik betwijfel of dat überhaupt kan, hoor ik een vriendinnetje van vroeger zeggen: “alles waar TE voor staat is verkeerd, behalve tequila.” Ik blader door, op zoek naar het medicijn dat het prinsesje voorgeschreven krijgt. Ze moet oefenen met NEE zeggen. Vaker doen wat ze zelf wil. En ze mag af en toe best wat minder aardig zijn.

Het geneesmiddel blijkt helaas geen quick fix. Het prinsesje moet oefenen en oefenen. Op de kikker. Bij de lakei. En dan in het echte leven. Wat is het toch heerlijk om gewoon te zeggen wat je wil, luidt haar conclusie. Haar moeheid verdwijnt, zoals bij prinsessen altijd alles met een happy end afloopt. Het wordt tijd dat ik ook een prinsesje word.

 Over het boek:

‘Het prinsesje dat te aardig was’ gaat over een prinsesje dat zó lang aardig is geweest, dat ze alleen nog maar moe en verdrietig op bed kan liggen. Het is een prentboekje dat jong en oud aan het denken zet. Hoe aardig ben jij? En wanneer is het te veel? “Een soort hulpboek voor volwassenen, maar dan in een kinderjasje,” aldus schrijfster Raymonde van Zijl. Het boek met opdrachten kost €13,80 en is onder andere hier te koop.  

Vorige bericht Volgende bericht

Ook leuk

Geen reacties

Laat je reactie achter