Lees, relatie

Inpakken en weggooien

Volgende week krijgen we de sleutel van ons nieuwe huis. Omdat we dan meteen druk zijn met verbouwen, hebben we nu de tijd om eens goed te inventariseren wat we mee gaan verhuizen en wat we weggooien of naar de kringloop brengen.

De kaartjes die we kregen bij de geboorte van Pepijn, een paar lege adresetiketjes van het geboortekaartje van Lieve, de jampotstickertjes die ik gebruikte om op de melkflesjes te plakken, een slordig uitgeknipte kerstbal beplakt met gekleurde stukjes papier, een tekening met twee koppoters. In tien minuten tijd gaan de afgelopen tien jaar door mijn handen.

Van huis uit heb ik niet bepaald meegekregen om lekker veel weg te gooien. Mijn vader heeft een kast vol met wezenopladers van gestorven apparaten, die hij toch maar bewaart, ‘want je weet maar nooit’ en mijn moeder is zo’n beetje de uitvinder van de uitspraak ‘wie wat bewaart, die heeft wat’. Maar wie wat bewaart heeft ook heel weinig kastruimte. Laatst zei mijn zusje: “Zo’n ouderwetse blikken broodtrommel zou ik nog wel willen hebben.” Waarop mijn moeder meteen naar de zolder toog. “Die heb ik denk ik nog wel!” Nou en of. Ze had er vier.

Uit een soort postpuberale tegenbeweging gooi ik nu werkelijk alles weg. Net cadeau gekregen, nooit gelezen, dierbare herinnering? Het maakt me niks meer uit: weg ermee.

“Weet je waarom je je op vakantie zo vrij voelt?” vraag ik terwijl ik een oude Flow doorblader waarin een artikel over ontspullen staat. Mijn lief tilt net een zware doos vol boeken op.
“Omdat je dan ook letterlijk lichter bent, je sjouwt niet al die spullen mee. Het klinkt best logisch!” verklap ik meteen. Hij reageert niet en sjouwt gedwee mijn boeken uit ons appartement richting kofferbak. Ik gooi het tijdschrift in de papierbak en kijk tevreden naar de steeds leger wordende kasten.

Als ik ’s avonds de tafel wil dekken mis ik ineens iets.
“Waar is de kinderstoel?” vraag ik.
“Die moest toch ook weg?” zegt mijn lief verbaasd.
Mijn ogen schieten naar standje hert-kijkt-in-koplamp.
“Alleen de spullen die eróp lagen!”
“O…”

Ach, hoef ik die ook niet meer te verven.

Vorige bericht Volgende bericht

Ook leuk

Geen reacties

Laat je reactie achter